de jeugdzorg van tegenwoordig: het patriarchaat in full swing

De basis van ons jeugdzorgsysteem stamt uit 1901. Een tijd waarin vrouwen geen kiesrecht hadden. ‘Geen enkele moeder heeft hierover mee gedacht,’ vertelt Sharon Stellaard in Tegenlicht-documentaire ‘Chaos in de jeugdzorg’. Hoe fiksen we het fundament?

Tekst Tara Vierbergen, 20 september 2024

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden, moeten de heren politici in 1901 gedacht hebben toen de basis werd gelegd voor het Nederlandse jeugdzorgsysteem. Een systeem waarmee we nu, bijna 124 jaar later, nog altijd werken. Het nobele streven indertijd: voorkomen dat verwaarloosde kinderen later veroordeeld zouden zijn tot de misdaad, en ze daarom ergens onderbrengen en heropvoeden. Zeer twijfelachtige omstandigheden en harde handen werden daarbij geoorloofd: alles voor het rechte pad, was lang de gedachte.

Daar hadden de kinderen waar het over ging natuurlijk geen boodschap aan en dus liepen ze massaal weg van de nobele jeugdinstellingen en hun goedbedoelde harde handen – of ze werden door hun ouders, bij wie ze eerder waren weggehaald, weer opgehaald. Dat zat de politiek dwars. De jeugdzorg behoefde wat hen betrof een dwingender en gesloten karakter. En dat kreeg het. Goed je op dit punt te realiseren dat er begin 20ste eeuw nog geen kiesrecht aan vrouwen was toegekend en moeders dus niet mochten meebeslissen over de fundamenten van ons huidige jeugdzorgsysteem – sowieso een grote rode vlag voor veel systemen die voor 1919 zijn opgetuigd en waar nog altijd mee gewerkt wordt.

fixeren, isoleren

Goed. Dwingender, en een meer gesloten karakter werd de koers. Een van de voortvloeisels daaruit is de in 1922 beklonken maatregel ondertoezichtstelling. Een maatregel die ouders nog altijd tot waanzin drijft. Ouders houden bij ondertoezichtstelling op papier weliswaar het gezag over hun kind, in de praktijk zijn ze verplicht mee te werken met adviezen van een gezinsvoogd en komen de kinderen onder toezicht te staan van een gecertificeerde instelling. Het blijkt voor ouders daardoor vaak lastig dat gezag nog uit te oefenen. 

Blijkt de problematiek van het kind dusdanig ernstig en kan het (tijdelijk) niet meer thuiswonen, dan kan de gezinsvoogd samen met de kinderrechter aansturen op gesloten jeugdzorg, ofwel JeugdzorgPlus-instellingen. Tot 2008 waren dit nog justitiële inrichtingen, een soort jeugdgevangenissen. Daar was veel kritiek op, want waarom zou je een kwetsbaar kind dat vooral passende zorg nodig heeft, opsluiten in een jeugdgevangenis zonder dat het een strafbaar feit heeft gepleegd? En waarom zou je kwetsbare kinderen die vooral passende zorg nodig hebben met een clubje volwassenen fixeren en (soms zelfs naakt) in een isoleercel zetten?

Het behoeft geen uitleg dat het gros van de jongeren dat dit meemaakt vooral nieuwe trauma’s, gedragsproblemen en een heleboel boosheid oploopt. Die justitiële inrichtingen werden dus geschrapt. Op papier. In de praktijk werd er na 2008 in zogenaamde JeugdzorgPlus-instellingen nog altijd gefixeerd, geïsoleerd en genegeerd, zoals valt te lezen in het tijdschrift van Jeugdzorg Nederland, de branchevereniging voor organisaties die jeugdhulp bieden: ‘De goedkoopste vorm van jeugdzorg is de deur op slot draaien. Want: dan kun je met minder mensen het werk doen.’

Isoleren is dus het efficiëntst. Tel daarbij op dat je als gesloten jeugdzorginstelling per gevuld bed betaald krijgt. Leegstaande bedden betekent minder geld in de la en dus heeft een instelling financiële baat bij full house. Over de jaren is er een miljardenindustrie opgestaan die zich bij wijze van veelkoppig monster nog maar nauwelijks laat beteugelen en waar de misstanden zich in flink tempo opstapelen – daarover later meer.

Om wat jaartallen en cijfers over je uit te kloppen: in 1989 maken 1 op de 27 kinderen gebruik van de jeugdzorg, in 2023 is dat 1 op de 7 kinderen. De kosten zijn ook geëxplodeerd: van 700 miljoen per jaar in 1989 tot 6 miljard nu. En hoewel er maar liefst 5136 zorgaanbieders zijn, groeien de wachtlijsten.

‘een stelsel waarvan men zegt: “dat bedenk je niet.”’

Dan de misstanden. In 1974 was men het er al over eens: de jeugdzorg moet radicaal anders. Er werd een commissie ingesteld: commissie-Mik, die een meer toegankelijke hulpverlening wenste met betere aansluiting bij de leefwereld van de jeugd. Adequate hulp moest daarbij een recht worden en wie niet tevreden was, moest zich daarover kunnen beklagen. Verder moest de tot dan toe vooral landelijk georganiseerde en aangestuurde hulpverlening een meer regionaal karakter krijgen.

Commissie-Mik ten spijt (en de vele andere commissies, adviesteams, task forces en rapporteurs die volgden) is er de afgelopen vijftig jaar nauwelijks iets veranderd en zijn de knelpunten in de jeugdzorg nog altijd dezelfde. In 1994 viel in een rapport van Task Force Jeugdhulpverlening te lezen: ‘Een stelsel waarvan men zegt: “Dat bedenk je niet.”’

Al ruim vijftig jaar wordt er in de jeugdzorg gerepareerd wat er bij de vorige reparatie misging. Zonder aan die patriarchale, elitaire basis uit 1901 te sleutelen. Sharon Stellaard zegt daarover in de Tegenlicht-aflevering ‘Chaos in de jeugdzorg’:

‘Omdat we op dezelfde manier blijven doen en kijken, gaan er vooral extra miljoenen naar de jeugdzorg om te zorgen dat de boel kan blijven draaien. De jeugdzorg is nu 124 jaar oud en alle inspecteurs die ernaar gekeken hebben, zeggen hetzelfde: de jeugdzorg staat op bezwijken; we kunnen de veiligheid niet meer garanderen; we kunnen er geen toezicht meer op houden; noodgrepen zijn nodig. Maar niemand wil eraan. Wat men wèl wil horen: we maken toch goede stappen, dus hou op met je gezeur.’

Slachtoffers van het jeugdzorgsysteem mogen dat vrij letterlijk nemen: voor fysiek, seksueel en psychisch geweld hebben ze officieel excuses en een schadevergoeding van vijfduizend euro ontvangen. En daarmee moest de kous af zijn. Een symbolische afkoopsom voor opgelopen trauma’s. Ondertussen heeft de jeugdzorg de ambitie om vanaf 2030 geen enkel kind meer op te sluiten. Dat werd tijd. Maar daarmee zijn de problemen binnen de jeugdzorg allesbehalve opgelost. Is de jeugdzorg een failliet systeem dat moet worden bevrijd uit een vicieuze cirkel? 

Kijk hier Tegenlicht-documentaire ‘Chaos in de jeugdzorg’.