Achter mij liggen de voetstappen van een reis door de Sahara, van Mauritanië tot aan Soedan. Van de Atlantische Oceaan tot aan de Rode Zee. Een reis die ik al heel lang wilde maken. Maar nu ik eindelijk weer thuis ben, voel ik me verslagen door de woestijn. Deze reis, deze serie heeft mij en mijn collega’s uitgeput, fysiek en mentaal. Misschien was de journalistieke ambitie te groot. Ik wilde weten wat de Europeanen allemaal uitvreten in de Sahara, de grote woestijn van Afrika, die nu onze zuidgrens is geworden.
Voor de vijfdelige VPRO-serie Sahara trok Bram Vermeulen door een van de onherbergzaamste gebieden op aarde. Hij vertelt waarom hij de serie misschien beter niet had kunnen maken.
Die woestijn is een bufferzone tussen Afrika en Europa, waar miljoenen euro’s en mankracht naartoe worden gestuurd om te voorkomen dat de grote thema’s van onze tijd de kust van de Middellandse Zee niet bereiken: migratie, terrorisme, overbevolking.
Dat idee stond goed op papier: de voormalige kolonialen keren terug naar hun voormalige koloniën. De nieuwe Scramble for Africa. Maar ruim elf maanden en vijf reizen later kom ik tot de conclusie dat de prijs van de reis te hoog was. Een regisseur haakte halverwege af. Een andere regisseur kreeg malaria en stond kotsend achter de camera.
Een van de mensen die we in Mauritanië interviewden, antislavernijactivist Biram Dah Abeid, zit nu in de gevangenis. Niet door ons, maar door de intolerantie van de dictatuur waarin hij leeft en waarin filmen soms onmogelijk bleek.
siësta
Teletubbie. Zo ging een van de onverschrokken researchers in ons team, Hassnae Bouazza, me op den duur noemen. Een van de vier figuurtjes in die BBC-serie is kennelijk net zo’n drammer als ik.
Die naam krijg je, als je een serie wilt maken die niet te maken is. Filmen in de Sahara betekent filmen in een temperatuur van 45 graden. Tijdens de opnames van onze derde aflevering in het zuiden van Niger werd het metaal van de camera zo warm dat de apparatuur alleen nog met handschoenen op te pakken was. De hitte was zo uitputtend dat rond het middaguur de opnames moesten worden stilgelegd. Niet voor niets komt het leven in deze delen van de wereld even stil te staan. De uitvinder van de siësta was een verstandig mens.
(tekst loopt door onder de afbeelding)
Noordelijker in Niger, in de karavaanstad Agadez, kwamen we tot de conclusie dat je in die hitte misschien ook niet te veel moet ambiëren. Regisseur Erik van Empel had een shot bedacht op een vrachtwagen die ons en een twintigtal mijnwerkers naar de goudmijnen in de Sahara zou meenemen.
Die vrachtwagen was zeker zestig jaar oud, en deed hem denken aan een oude filmklassieker, Le salaire de la peur. Om de truck mooi in beeld te krijgen bouwde hij een hefboom waaraan de camera kon hangen die tijdens het filmen rond de vrachtwagen kon draaien.
Voor het contragewicht hing hij een zak met stenen aan de hefboom. Toen de truck eenmaal vertrok, bleek de constructie toch niet helemaal Sahara-proof. De truck danste langs en door de gaten in de weg. De hefboom-met-camera vloog als een wipwap van boven naar beneden.
Door het gehobbel begon de zak met stenen te scheuren, en dreigde het volle gewicht op een paar mijnwerkers terecht te komen. Een opstand achterin de vrachtwagen kon maar net worden voorkomen.
rebellie
In Soedan wilde ik graag per trein naar het noorden van het land reizen, richting het eindpunt van de serie, de Rode Zee. De Britten legden meer dan een eeuw geleden een indrukwekkend spoor aan dat de katoenvelden ten zuiden van de hoofdstad Khartoum met de havenstad Port Soedan verbond.
Als gevolg van internationale sancties die Soedan kreeg opgelegd voor de huisvesting van Osama bin Laden in de jaren negentig en later de oorlogsmisdaden in Darfur konden de autoriteiten geen onderdelen meer krijgen voor die trein.
Die trein leek me een mooie aanleiding om over het verleden en heden van Soedan te vertellen, maar ondanks alle toestemming die onze ijverige Soedanese collega’s hadden geregeld, was filmen bijna onmogelijk. Eerst was er een ambtenaar die zich maar niet liet overtuigen van de geldigheid van onze papieren.
'Wie denkt dat het lastig is om in Afrikaanse dictaturen te filmen, zou eens Europese bureaucraten in de Sahara moeten proberen'
Pas toen hij een uur later de directeur van de spoorwegen persoonlijk aan de telefoon kreeg, boog hij en gaf groen licht. Terwijl het eindstation snel naderde en de tijd begon te dringen, brak er in een van de rijtuigen rebellie uit tegen onze aanwezigheid. De camera had even in de richting gestaan van een vrouw die niet van filmen was gediend. Haar echtgenoot en een paar neven waren dat evenmin en een handgemeen kon nog net worden voorkomen.
(tekst loopt door onder afbeelding)
bureaucraten
En die Europeanen in de Sahara? Die kregen we nauwelijks te zien. De Franse militairen in Mali weigerden toestemming om hun basis te bezoeken. Het agentschap dat migranten in Niger moet stoppen, wilde evenmin interviews geven. We kwamen niet verder dan de poort.
Wie denkt dat het lastig is om in Afrikaanse dictaturen te filmen, zou eens Europese bureaucraten in de Sahara moeten proberen. Ze zijn er, maar ze willen zich absoluut niet laten zien. Thema’s als migratie en terreur zijn leuke onderwerpen voor talkshows, maar de gevolgen van de bestrijding ervan moeten buiten beeld blijven.
Wat deze serie wel laat zien, zijn de indrukwekkende bewoners van de Sahara, die ons ondanks alle uitdagingen toelieten in hun levens. Ik moet denken aan advocaat Mohamed Elid in Mauritanië, die de eenzame strijd tegen slavernij in zijn land won met de eerste veroordelingen van slavenhouders.
Ik moet denken aan de broer van zangeres Khaira Arby, die toch in Timboektoe blijft wonen omdat hij nergens anders zijn wil. Of aan de hoogbejaarde Laila Hassan, de eerste actrice in de eerste film ooit gemaakt in Soedan. Haar ogen sprankelden nog net zo als op de posters die begin jaren zeventig in heel het land van haar werden verspreid. Ze had nog datzelfde vuur, diezelfde charme van de actrice die de harten van alle Soedanezen vond. Het waren onvergetelijke ontmoetingen, op een onvergetelijke reis die ik maakte met de moedige collega’s die bereid waren me te vergezellen.
Een reis om van te leren. En een reis waarna ik moet erkennen dat het de Sahara is die uiteindelijk heeft gewonnen.