rauw
17 november 2010
Mijn verblijf in Tokyo voelt aan alsof ik ‘n klein jongetje ben dat ronddwaalt in een groot, driftig druk en geolied oerwoud. Het zijn de grote, architectonische blokken van staal en glas, samen met de buizen van beton en beekjes van asfalt, die jungle van deze metropool vormen. Het is het gebulder van de trein die voorbijrazen, ondergronds en bovengronds, in een grijskleurig habitat. Met de biodiversiteit is het teleurstellend gesteld: Het ziet er zwart-wit van de beleefde salarymen.