Op dit moment is de oudste, levende mens ter wereld Kane Tanaka. Ze werd geboren in Japan in 1903, en is vandaag 118 jaar. Maar de kans is groot dat over enkele decennia dit soort leeftijden lang niet meer zo uitzonderlijk zullen zijn. De eerste persoon die 150 zal worden is waarschijnlijk al geboren.
Tussen 1870 en nu is de gemiddelde leeftijdsverwachting van mensen wereldwijd van 30 naar 73 jaar gestegen. In Nederland ligt de levensverwachting zelfs tussen de 80 en 83. Als deze trend doorzet, is het aan het einde van deze eeuw heel normaal om iemands 120ste verjaardag te vieren.
Dankzij revoluties in de geneeskunde kunnen mensen steeds ouder worden. In Medicijnen van morgen laat Tegenlicht zien hoe onze kennis van eiwitten tot doorbraken in de geneeskunde kan leiden. De medicijnen van de toekomst zouden verouderingsprocessen kunnen verlangzamen, ons langer gezond houden, onze levensverwachting nog verder verlengen en ons verlossen van etterende ouderdomskwalen.
Artsen en wetenschappers worden natuurlijk dolenthousiast van dit soort innovaties. Maar wat gebeurt er met een maatschappij waarin iedereen twee keer zo lang leeft als nu? Moeten we die extra jaren vullen met dezelfde fulltime baan? En hoe ziet een samenleving eruit waarin kinderen steeds ‘zeldzamer’ worden?