Hoe gaat het met je? Is de serie af?
‘Bijna. Er zijn een paar plekken waar we heel misschien nog gaan filmen. Zo is er een interessant Nederlands bedrijf, Spacelife Origin, dat onderzoekt of je je kunt voortplanten op een andere planeet. Ze willen bijvoorbeeld IVF in de ruimte laten plaatsvinden en zoeken uit hoe je die cellen stralingsbestendig maakt. Maar ook: is het überhaupt mogelijk voor een vrouw om te bevallen in de ruimte? We hebben het in de serie verder niet echt over seks in de ruimte, laat staan over kinderen krijgen. Maar dat zijn wel thema’s waar over nagedacht wordt en die tot de verbeelding spreken, dus het zou mooi zijn als dat er nog in komt.’
Gaat ons leven zich echt verplaatsen naar de maan of Mars? Jij klinkt er heel optimistisch over.
‘Ik ben een optimist, inderdaad, ik blijf gewoon verrast worden door wat we allemaal kunnen. En ik geloof heilig in het eindeloze brein van wetenschappers en in de menselijke creativiteit. Als wij ergens tijd en geld in steken dan kunnen we eigenlijk bijna alles volgens mij. Maar ik zie ook wel dat er nog harde noten te kraken zijn. Ergens wonen waar je geen daglicht hebt en geen blauwe lucht en geen natuur – dat heeft impact op je psyche, het is superbenauwend. De echte idealisten willen uiteindelijk dat we in de ruimte een biotoop gaan bouwen, maar daar zijn we gewoon nog lang niet, en de eerste mensen die daar gaan wonen hebben dat allemaal niet.
En als je te lang in het ISS zit – het International Space Station, dat nu boven de aarde zweeft – dat is ook al hartstikke deprimerend: je ziet steeds hetzelfde. Je kunt naar de aarde kijken vanuit bepaalde hoeken en dat is prachtig, dat schijnt echt levensveranderend te zijn. Maar je zit wel in een kleine gesloten ruimte met steeds dezelfde mensen, je ademt steeds dezelfde zuurstof, alles wordt gerecycled, zelfs je pis – het is heel erg overleven eigenlijk. Toch wil ik niets liever, al sinds ik klein ben. Als er een vacature voor astronaut komt, reageer ik sowieso. Ook al kom ik waarschijnlijk niet ver vanwege mijn wagenziekte, ik móét het proberen. Dat ben ik aan mezelf verplicht. Het is gewoon het allergrootste avontuur dat je je kan voorstellen.’