Het is geen geheim dat Nederland al lang niet meer vooroploopt als het gaat om drugsbeleid. En dat terwijl er genoeg te zeggen is voor het legaliseren van wietteelt en het gebruik van een pilletje.

een soepeler drugsbeleid

Onderstaand item van Zondag met Lubach komt alweer uit 2014 (!), maar sindsdien is er schrikbarend weinig veranderd aan het wietbeleid van Nederland. Het gedoogprincipe is je vast bekend: het hebben en verkopen van marihuana wordt in strikte hoeveelheden en onder strikte voorwaarden gedoogd, maar het telen en op grote schaal leveren van wiet is nog altijd verboden. En waar we in 2014 net voorbij waren gestreefd door onder andere Colorado en Alaska, lopen we inmiddels echt achter de feiten aan: er zijn alleen maar meer Amerikaanse staten bijgekomen, naast onder meer Australië, Canada en Uruguay, die het geregeld hebben.

Terwijl een soepeler drugsbeleid ervoor kan zorgen dat de drugscriminaliteit vermindert en de overheid in staat stelt om zelf te experimenteren met het productieproces. Ook wordt de regulatie van de productie goed zichtbaar en wordt het, grotendeels, onttrokken aan het criminele drugscircuit.

(artikel gaat door onder video)

legalisering van wiet

De drugs kunnen verkocht worden met accijns en dat is voor iedereen winst. Zo is de drugsgebruiker er zeker van dat de drugs kwalitatief goed zijn en niet vervuild zijn met riskante stoffen, terwijl de overheid het geïnde geld in kan zetten om de overgebleven drugscriminaliteit te bestrijden.

Inmiddels is de regering wel begonnen met wat het ‘wietexperiment’ heet: een proef in een select aantal gemeenten met legale telers en verkopers. Een goede stap voorwaarts dus, maar denk maar niet dat we snel verandering zullen zien: het experiment is pas net begonnen en moet vier jaar lopen.

pilletje erbij

Dan xtc. Al jaren pompt Nederland er het ene na het andere pilletje uit: we zijn een van de grootste drugproducenten ter wereld. Daarnaast heeft het Trimbos-instituut uitgerekend dat bijna tien procent van de volwassen bevolking van Nederland eens in z’n leven xtc heeft genomen. Drie procent daarvan deed dat in het laatste jaar.

Daarmee komen we weer bij Lubach. In 2018 hield hij een pleidooi om xtc legaal te maken en dat snijdt nog steeds hout. Een pilletje kan namelijk veel minder ongezond en verslavend zijn dan genotsmiddelen die gewoon je in de supermarkt kan kopen. In de top 15 van verslavende middelen staat ecstasy op nummer 12. Tabak staat op 3 en alcohol op 4.

Om nog maar te zwijgen over de industrie. Ecstasy staat sinds 1998 als verboden harddrug geregistreerd in de Opiumwet – niet omdat xtc-gebruik voor overlast zorgde maar omdat de overheid bang was voor grootschalige productie en handel. Dat is dus niet helemaal goed gegaan.

Arjen legt het hieronder nog één keer uit, en als je meer wil weten over de positie van Nederland als xtc-producent, luister dan eens naar dit item uit OVT: Philippus Zandstra en Wietse Pottjewijd, van het boek XTC, een biografie, leggen daarin het succes uit.

(artikel gaat door onder video)

voorbijgestreefd

Ooit was ons drugsbeleid progressief en vooruitstrevend. Inmiddels is een van oudsher conservatieve stad als Denver, in Colorado, ons voorbij. Ruim dertig Amerikaanse staten voeren zelfs een liberaler drugsbeleid dan wij hier hebben. In die staten zijn softdrugs gelegaliseerd zonder een soortgelijk ‘voor- en achterdeurbeleid’ zoals wij dat in Nederland voeren. Met als gevolg innovatieve startups en veel werkgelegenheid.

Neem maar eens een kijkje in de winkel van Tim Cullen, voormalig biologiedocent en nu werkzaam in de Colorado Harvest Company. Hij heeft potten wiet klaarstaan waaraan geroken en gevoeld mag worden, allerlei andere cannabisproducten en achter in de winkel worden de planten zelf – met lampen en een beetje liefde – verbouwd. Trots loopt hij door zijn ‘productieruimte’, waar hij het zo heeft opgezet dat hij elke week kan oogsten. Voor de klas staan hoeft hij niet meer: inmiddels heeft hij vier winkels en vier kwekerijen lopen.

(artikel loopt door onder video)

ander drugsbeleid

Niet alleen telers, verkopers en gebruikers zijn voorstanders van een soepeler drugsbeleid. Zo organiseerden de onafhankelijke deskundigen van Stichting Drugsbeleid al in 2005 een virtueel proces tegen De Staat der Nederlanden. Ze bespraken in deze nagebootste rechtszaak of het huidige beleid niet beter vervangen kan worden door een gereguleerd drugsstelsel. Het doel: drugscriminaliteit verminderen en kwaliteitsgarantie bieden aan de kopers. Ook de wetenschap onderbouwt de voordelen van een soepeler drugsbeleid met argumenten die positieve effecten hebben op sociale en economische aspecten.

VPRO Tegenlicht was erbij en deed verslag. Je kunt de hele uitzending nu bekijken via deze link of natuurlijk een van de andere artikelen in deze reeks lezen.

artikelen in deze reeks