Dragen media met berichtgeving over weeralarmen en gezinsdrama’s bij aan de angstcultuur in de samenleving? Tv-criticus van de Volkskrant, Jean-Pierre Geelen, herinnert zich hoe presentator Pieter Jan Hagens van het actualiteitenprogramma EenVandaag een paar jaar geleden een live verbinding tot stand trachtte te brengen met een correspondent die buiten in ‘noodweer’ stond. De verbinding mislukte. Hagens richtte zich tot de kijkers en zei: ‘Nou ja, als u nu naar buiten kijkt, ziet u zelf ook dat het noodweer is.’ Geelen voegde de daad bij het woord, en zag buiten rond zijn huis de zon schijnen. ‘Illustratief voor de twee werelden’, meent Geelen. ‘De wereld van de tv-studio waar de presentator verslag doet van een werkelijkheid die hij zelf niet ziet en die er niet is, en de mijne.’
Recent was er een zomerstorm. Nu.nl pakte meteen uit met een liveblog. Mensen kregen het advies vooral binnen te blijven. Is deze media-aandacht en de toon ervan in verhouding met wat er aan ‘nieuwswaardigs ’ gebeurt? Nee, vindt Geelen, en hij stoort zich er aan dat zelfs zijn eigen krant, de Volkskrant, doorgaans terughoudend in dit soort dingen, er tegenwoordig aan meedoet.
Het gevolg: media creëren paniek. Ze dragen bij aan een angstige samenleving. Geelen haalt de verslaggeving rond de moord op de jongetjes Julian en Ruben aan, die door hun vader waren omgebracht – breed uitgemeten in de media. ‘Ik kan me werkelijk niet bedenken waarom zo’n individueel geval zoveel aandacht zou moeten krijgen’, zegt Geelen. Hij weet wel het effect ervan: ‘Iedere huisvader die het even moeilijk heeft kan een potentiele moordenaar zijn, is de gedachte die dit soort nieuws overbrengt.’ Angst, paniek.
Moeder der paniek blijft wel het weer, stelt Geelen. De dramatisering van het weernieuws laat zien dat het leven geen risico’s meer mag bevatten – daarom vatten media immers de taak op om mensen te waarschuwen. Geelen vindt dat media helemaal niet die taak hebben. Bovendien treedt er inflatie op wanneer er alarmerend gerept wordt over het weer. ‘Als ik nu over code geel hoor, moet ik lachen’, zegt Geelen. ‘Het wordt een beetje ongeloofwaardig. Die liveblog was bij Nu.nl al van tevoren bedacht. Nu woei het die dag ook wel serieus, maar negen van de tien keer is het loos alarm. Soms waaien er bomen om, dat is nu eenmaal de natuur. Waarom moeten we bij ieder vallend herfstblaadje worden gewaarschuwd?’
Geelen denkt dat dit soort berichtgeving mensen dommer maakt. ‘Ik herinner me dat de EO een keer in de winter een ijsjournaal bijhield, met tips tegen de vrieskou. Leg een stukje karton op je autoruit zodat je ruitenwissers niet bevriezen, luidde zo’n tip. Een andere tip was: trek een wollen trui aan. Er komt een moment dat mensen niet meer zelf op het idee komen om een trui aan te trekken wanneer de media hen daar niet voor waarschuwen. De zelfredzaamheid van mensen neemt af.’
Waarom doen media dit eigenlijk? Een oorzaak is de competitieve cultuur en de angst om als medium iets te missen. ‘Het heeft te maken met de online 24-uur nieuwsverslaggeving en de opkomst van de liveblogs, stelt Geelen. ‘Wanneer RTL het doet, moeten andere media mee. Niemand neemt meer afstand en zegt: laten we even afwachten en kijken of er echt wat nieuwswaardigs gebeurt.’ Voor de tv leent stormachtig weer zich goed voor spannend beeld. ‘Een verslaggever naar een winderig dijkje sturen terwijl een mevrouw met een hondje zich door de wind probeert te slaan, ziet er al snel sensationeel uit. Het kost weinig geld en inspanning maar suggereert wel een nieuwswaardige gebeurtenis. Als je het zou opschrijven, zou het lang zo spannend niet zijn.’