Óf iets echt is, is eigenlijk niet relevant zonder de vraag te beantwoorden wát echt dan eigenlijk is. Maar dat is nog niet zo simpel. Authentiek, ambachtelijk, eerlijk, origineel: het zijn allemaal synoniemen van de term ‘echt’ die kunnen functioneren in een totaal verschillende context. Ondanks de ambiguïteit van het begrip draait de echtheidsindustrie op volle toeren. Tussen het retro Ikea-meubilair, met nieuw 'gedragen' spijkerbroeken en doodgeknuffelde hamburgers ontstaat er enige ergernis over de 'B.V. Authentiek'. Waar komt die drang naar ambachtelijke producten, unieke ervaringen en het onderscheiden van de massa vandaan?
In lokaal geproduceerde hennepkleding op een zelfgetimmerde houten stoel genieten van een vers gebakken zuurdesembroodje. Te midden van een overweldigend aanbod massaproducten ontstaat de neiging ons te onderscheiden met unieke en vooral echte spullen. Hoe echt ben jij nou eigenlijk echt?
Jezelf zijn
De Franse, invloedrijke filosoof Jean-Jacques Rousseau beschreef bijna driehonderd jaar geleden de culturele noodzaak terug te keren naar 'het natuurlijke' en met een authentiek en spontaan voorkomen helemaal jezelf te zijn. Een onuitvoerbare opdracht, want je kan nergens naar streven zonder een zelfbewustzijn. Dat zelfbesef staat haaks op Rousseau's spontaniteit. Bewust bezig zijn met je uiterlijk zien we juist als iets oppervlakkigs, terwijl het in het werk van Rousseau hand in hand gaat met het streven naar de natuurlijke mens. Daarmee illustreet de filosoof de paradox van authentiek willen zijn.
Een eigen smaak ontwikkelen is dus geen eenvoudige opgave en over die smaak valt wel degelijk te twisten. De Franse socioloog Pierre Bourdieu was van eenvoudige komaf en maakte het tot zijn levensdoel om mythes en pretenties rond klassenverschillen te doorbreken. In zijn werk ‘La Distinction’ uit 1979, zette hij uiteen hoe smaak in muziek, mode, kunst en voedsel ons in wezen wordt opgelegd door de sociale constructie waarin we ons bevinden. Gevoel voor stijl op welk gebied dan ook heeft niets te maken met een voorbestemde superioriteit, maar simpelweg met je sociale context.
Aristocratie van smaak
Het werk van Bourdieu lijkt wellicht weinig te maken hebben met de huidige echtheidsindustrie, maar schijn bedriegt. De Franse socioloog maakte duidelijk dat discussies over smaak nooit alleen over smaak gaan, maar ook over de verschillen tussen rijk en arm. De keuzes voor klassenoverschrijdende symbolen zoals kleding en voedsel zijn daarbij erg belangrijk. De keuzes die je denkt te maken op basis van je persoonlijke voorkeur, corresponderen en herbevestigen in werkelijkheid de pijlers van je sociale stand: je opleiding of je beroep. Een voortreffelijke smaak zou gelden als bewijs van innerlijke superioriteit waarmee we privileges die we hebben kunnen rechtvaardigen.
Dat punt bestrijdt Bourdieu in 'La Distinction', maar de huidige echtheidsindustrie bewijst dat deze strijd nog steeds niet gestreden is. Smaak en stijl zijn nog altijd strategische concurrentiemiddelen die hierbij worden ingezet. Degenen die bepalen wat hip is en nieuw, zijn de elite, de aristocratie van smaak. Laat vooral niet blijken dat je je best doet om een pionier te zijn, want dan gooi je je eigen glazen in. Verwarrend? Jazeker! Wij bieden je de helpende hand om door de ambachtelijke bomen, het authentieke bos weer te zien.