In Amerika wonen één miljoen Iraniërs. Een van hen is zanger Andy. Vlak voor ayatollah Khomeiny in 1979 de macht overnam, werd hij door de Amerikaanse platenmaatschappij Colombia Records uitgenodigd om een album op te nemen in de VS. Hij zou de Iraanse Rod Stewart moeten worden. Dat lukte; hij ging naar Californië en werd razend populair in Iran.
Maar de mullahs in Iran verboden zijn (veel te westerse) muziek en Andy mocht nooit optreden in zijn eigen land. Zijn platen worden onder de toonbank verkocht en fans organiseren stiekem bijeenkomsten waar ze naar zijn muziek luisteren. Intussen droomt Andy van een glorieuze terugkeer naar zijn vaderland, evenals vele van zijn landgenoten die wel terug zouden willen, maar dat niet kunnen.