We lopen om zeven uur ‘s ochtends door een bos in Canada en alles is zo mooi en zo veel dat het een beetje pijn in mijn buik doet. Op de bergtop voor ons komt de zon op. Steeds feller wordt het hoogste punt verlicht door die gasbol van hiernaast. De zon eet de schaduw op. Een warm bad vult de lucht.
Ik moet denken aan een oude foto waar ik met mijn zusje op sta: twee kleuters in een bos op de Veluwe op zoek naar David de Kabouter. We vonden hem niet, omdat we zochten in het verkeerde bos.
Nu snap ik ineens wat David al die tijd zong. Hij zong het heel vaak zelfs: ‘Leer te kijken naar wat achter bomen leeft en naar wat jou 's nachts je dromen geeft’. Maar nu pas voelde ik het.