Chris Kijne zag hoe Sid Lukkassen in Buitenhof met zijn verhaal over cultuurmarxisme bijna de spijker op zijn kop sloeg.

Dat het programma Buitenhof nou net Sid Lukkassen had uitgenodigd om te komen uitleggen wat dat nou eigenlijk is, dat cultuurmarxisme, was natuurlijk net weer zo’n achterbakse cultuurmarxistische rotstreek van die ook door links veroverde publieke omroep. Want met een apologeet als Lukkassen, die in deze politieke slapstick zijn boekenkast met zulk donderend geraas liet omvallen dat elke begrijpelijke analyse definitief onder de kaftjes bedolven werd, heb je als anti-cultuurmarxist geen vijanden meer nodig.

Flauw.

En jammer ook wel. Want er zit wel wat in, in zijn analyse van de linkse politiek van de afgelopen decennia. Waardoor we nu zitten opgescheept met vrouwen-emancipatie, homo-emancipatie en antiracisme en helemaal dreigen te vergeten waar het ook weer om ging in onze wereld: Gezin, God en (blank) Vaderland.

Dat wil zeggen: het complot dat door Lukkassen en de zijnen wordt gedetecteerd en dat teruggaat op de arme Gramsci om via de Frankfurter Schule bij modern links terecht te komen, valt alleen met een zelfgevouwen alu-hoedje te begrijpen. Lukassen, en in zijn voetspoor Thierry Baudet, oppert dat links, via een lange mars door de culturele en politieke instituties, in een van bovenaf gestuurd proces, genoemde emancipatiebewegingen bewust gebruikt om onze cultuur te ondermijnen. Het denken wordt hier helder beschreven door Peter Giessen .

Je zou haast willen dat links zoiets kón.

gestaalde kaders

Maar als we het hoedje even afzetten en het houden bij de waarneming van hoe linkse politiek zich de laatste halve eeuw heeft ontwikkeld, is de blik heel bruikbaar. Vooral wanneer je de redenering even helemaal op zijn kop zet.

Want wat er werkelijk gebeurde, was natuurlijk precies andersom. Zelf heb ik het van dichtbij meegemaakt toen ik in de jaren zeventig zag hoe de gestaalde kaders van de CPN langzaam het onderspit dolven tegen de toegestroomde studenten. Die van onderaf het besef lieten doorwerken dat er meer te emanciperen viel dan alleen de arbeider. Vrouwen, bijvoorbeeld. En homo’s. Niks van boven gestuurd proces, maar afgedwongen door de , zij het in dit geval academische, massa. De partij is eraan bezweken.

guns, god and country

En wie wil weten hoe dat ook weer zat met antiracisme, kan ik twee recente documentaires aanbevelen. In What happened miss Simone, te zien op Netflix, wordt aan de hand van het levensverhaal van Nina Simone een intens schrijnend portret getekend van zowel het virulente racisme in de Verenigde Staten als de reactie daarop in de jaren zestig - van onderop zou hier een eufemisme zijn, van zover kwam de burgerrechtenbeweging. Iedereen die daarna nog denkt dat anti-racisme een door links bedacht trucje is om onze cultuur te ondermijnen, is zelfs zijn alu-hoedje niet waard.

Om van James Baldwins verhaal in I am Not your Negro nog maar te zwijgen.

Zo is het gegaan: de tot dan toe in de westerse wereld nogal eenzijdig op de blanke arbeider gerichte linkse instituties – partijen, vakbonden – werden door de straat gedwongen hun politieke programma te verbreden.

En het was juist rechts dat daarin meteen de mogelijkheden zag. Om het even bij dat racisme te houden: Sinds Barry Goldwater, via Richard Nixon en Ronald Reagan tot en met Newt Gingrich in de jaren negentig en op zijn eigen onnavolgbare manier Donald Trump nu, is het de Republikeinse Partij geweest in Amerika die meteen zag dat via het promoten van traditionele culturele waarden als guns, God and country de blanke arbeider losgeweekt kon worden van de Democratische Partij. Het was niet links dat de traditionele Amerikaanse waarden bewust ondermijnde, het was rechts dat die waarden bewust ging propagéren in reactie op de emancipatiebewegingen van de jaren zestig en zeventig. En dat zo voor elkaar kreeg dat een groot deel van het Amerikaanse electoraat sinds de jaren zestig hardnekkig een sociaal-economische agenda steunt die direct verantwoordelijk is voor de eigen ondergang.

vals bewustzijn

Het is nog steeds nooit beter beschreven dan door Thomas Frank in zijn What’s the Matter with Kansas. De retoriek van de ‘culture wars’, het appel op gezinswaarden, God & guns en het blanke Amerikaanse patriottisme, heeft voor elkaar gekregen dat veel blanke Amerikaanse arbeiders al jarenlang een neo-liberale agenda steunen die inmiddels de Amerikaanse middenklasse al bijna heeft weggevaagd en de inkomensongelijkheid tot ongekende grootte heeft opgejaagd.

Over ‘vals bewustzijn’ gesproken. Maar daarvoor moet u Gramsci er maar even bijpakken uit de door Lukassen omgemieterde stapel. En voor wie deze voorbeelden te exclusief Amerikaans vindt, lees de H.J. Schoo-lezing van Sybrand Buma en zie de overeenkomsten.

En als u nu denkt dat ik op mijn beurt een alu-hoedje heb opgezet: nee, dat is geen groot en slim uitgedacht rechts complot. Het is wel een voor de hand liggende politieke strategie die bewijst dat rechts veel meer kaas heeft gegeten van identiteitspolitiek dan links. Die begrijpt waar links het gat liet vallen: door op den duur veel te eenzijdig in te gaan zetten op de nieuwe emancipatiebewegingen. Door te vergeten dat onder die identiteitspolitiek een economische onderbouw zit die juist de groepen die nu uit elkaar gejaagd worden zou moeten verbinden. Dat ook culturele en sociale emancipatie hand in hand gaat met economische emancipatie.

Want uiteindelijk zijn Archie Bunker en alle vrouwen en zwarte Amerikanen waar hij op scheldt sámen de onderliggende partij in de neo-liberale samenleving.

En dus sloeg Sid Lukkassen in zijn slotzin zomaar opeens bijna de spijker op zijn kop, toen hij wilde uitleggen wat er zo fout is aan het cultuurmarxisme: ‘Juist de onderkant van de samenleving ondervindt hier veel kwaad van’, zei hij, ‘dat zie ik ook terug in het programma van veel linkse partijen. Die zijn niet meer bezig met economische excessen, maar met het zuiveren van het denken’.

Dat gezuiverde denken komt weer van het alu-hoedje. En gelukkig komen de economische excessen weer langzaam terug in de linkse programma’s.

Maar ik was toch blij dat Sid het nog even zei.