Je hebt onderzoek gedaan naar de werk- en leefomstandigheden van tomatenplukkers in Spanje. Hoe kwam je op het idee voor dit onderzoek?
Ik kreeg het idee van onze BBC-collega Ismail Einashe. Hij deed al eerder onderzoek naar de olijvenproductie op Sicilië, die soms onder de meest onmenselijke omstandigheden plaatsvindt; mensen worden uitgebuit en wonen in sloppenwijken. Nu ben ik in Zuid-Spanje gestuit op zeer vergelijkbare omstandigheden.
Waar in Spanje vinden deze misstanden plaats?
Ik heb me geconcentreerd op Almería: dat is een provincie in de regio Andalusië, in Zuid-Spanje. Almería wordt beschouwd als de moestuin van Europa. Dat komt doordat het kassengebied uit 36.000 hectare bestaat, dat zijn bijna vijftigduizend voetbalvelden. En er werken tienduizenden migranten. De aantallen variëren tussen de zestigduizend en honderdduizend. Niemand weet precies hoeveel, omdat veel van de migranten geen contract of verblijfsvergunning hebben.
Waar wonen deze arbeiders?
Veel van hen wonen in sloppenwijken vlakbij de kassen. De huisjes waarin ze wonen zijn gemaakt van stokken, houten pallets en zijn afgedekt met plastic zeilen die niet voor de kassen gebruikt zijn. Er is geen stromend water en geen officiële elektriciteitsaansluiting. Het stinkt en het is ontzettend muf. Door deze omstandigheden worden mensen lichamelijk ziek, maar ook geestelijk ziek. Deze omstandigheden zijn schandalig voor een land binnen de Europese Unie.
Hoe ben je erachter gekomen dat de tomaten uit Almería in Duitse supermarkten worden verkocht?
Ik ben begonnen door in de Duitse supermarkten te gaan kijken waar de tomaten uit Spanje precies vandaan komen, uit welke regio en van welke coöperaties. Die lijst heb ik naar mijn ARD-collega in Spanje gestuurd, die op haar beurt op zoek ging naar arbeiders die voor de coöperaties werken. Zo kwamen we in contact met slecht behandelde arbeiders die voor de coöperatie BioSabor werken.