Ik vind het nogal lastig om niet de hele tijd bezig te zijn met wat ik straks ga doen, of wat komen gaat. Dat komt denk ik door mijn vader. Op de eerste dag van onze vakanties naar Zuid-Frankrijk was hij na het uitvouwen van de vouwwagen alweer bezig om onze tassen in te pakken: want over twee weken zouden we immers alweer naar huis gaan. De hele vakantie bleef hij dan alles zo opruimen en inpakken dat iedere dag leek op de laatste dag van de vakantie.
Als je graag in het nu wil leven helpt het ook niet dat het 2017 is. Terwijl ik dit schrijf beantwoord ik tussendoor mails, kijk op mijn telefoon, eet een glutenvrij ei en zet dingen op mijn lijstje om straks te doen. Allerlei dingen waardoor ik op meerdere plekken tegelijk ben maar niet zit op de stoel die onder mijn billen staat. Als ik de krant lees haak ik vaak na een alinea af omdat ik ben overgeschakeld op een ander artikel. Vaak heb ik een hele pagina van een boek gelezen en moet ik het daarna opnieuw lezen omdat ik niet echt las maar dacht aan wat ik straks ging eten. Als ik muziek luister ben ik terwijl ik een nummer luister bezig met wat ik daarna ga opzetten zodat ik eigenlijk niet echt meer hoor. In de kranten staan rubriekjes met wat het nieuws van morgen wordt. Het is nooit nu, het is altijd straks.
Het lijkt een klein gedichtje van de klok: als straks is aangebroken is het op dat moment niet meer straks maar nu. Dus ben ik niet meer dan een vis in de kom die achter zijn eigen staart aanzwemt.
Mensen in de oertijd hadden het maar makkelijk vergeleken met nu. Beetje je vuursteen slijpen, beetje jagen. Indien mogelijk zou er voor tijdreisjes naar de oertijd vast grove bitcoins worden betaald. ‘Even helemaal offline in de wilde natuur van gisteren: bessen plukken, hutten bouwen en iedere avond liedjes zingen rond het kampvuur’. Mensen van vandaag zouden daarna dingen zeggen als ‘Die tijdreis naar de Oertijd was zó chill, echt superbijzonder want je hebt daar dus gewoon geen bereik.’
Maar misschien waren mensen in de oertijd tijdens het slijpen van die vuursteen ook al bezig met welk dier ze vanavond zouden willen vangen. Is de hele tijd met straks bezig zijn iets van nu, of van alle tijden? Zijn heden en toekomst altijd al verwikkeld geweest in een strijd om de meeste aandacht?
In 2017 struikel ik de hele tijd over mezelf heen in ons geslinger van komma naar komma zonder ooit een punt te zetten. Ik vul vandaag door te denken aan morgen terwijl het overal om mij heen nu is: bijvoorbeeld precies tussen het liedje dat ik luister en het liedje dat ik daarna ga opzetten.