Interview met producent Pieter Kuijpers

Jim Schulpen ,

The Spectacular is een vierdelige dramaserie over de IRA in Limburg, gebaseerd op gebeurtenissen die echt in Nederland hebben plaatsgevonden. Producent Pieter Kuijpers, van filmproducent Pupkin, vertelt hoe dicht de serie op de werkelijkheid zit, waarom zo weinig Nederlanders deze geschiedenis kennen en waarom deze nog steeds relevant is.

Eind jaren tachtig, aan het einde van ‘The Troubles’, het Noord-Ierse conflict, wordt het zuiden van Nederland opgeschrikt door een reeks gruwelijke IRA-aanslagen. Ze zijn gericht op Engelse soldaten die, gelegerd in bases in Duitsland, veel uitgaan in Limburg. Maar niet elke aanslag verloopt zoals gepland.

Hoewel de IRA voornamelijk een stuk Iers-Britse geschiedenis is die overspoelde naar Nederland, was de impact groot op de lagere provincies. Toch zijn weinig mensen op de hoogte van de gebeurtenissen. Dat is volgens producent Pieter Kuijpers deels te wijten aan de relatie tussen Limburg en de Randstad: ‘Dat het zich niet op de Dam afspeelt maar in Limburg, dat is voor veel Nederlanders ver weg. Er waren ook geen Nederlandse slachtoffers. Maar in Nederland heerste sowieso de tendens van: het is niet onze oorlog. Laat die Engelsen het maar oplossen.’

‘Terwijl de aanslagen in de allereerste aflevering van Opsporing verzocht zaten, dus dat moeten heel veel mensen gezien hebben. Het was ook de grootste man hunt uit de vaderlandse geschiedenis. Er zijn nooit zoveel agenten ingezet in een klopjacht als deze. Er zijn helikopters ingezet, F16’s, het is een enorme operatie geweest.’ 

 

 

'Het zou best kunnen dat in de cel van de aanslag in Roermond een informant heeft gezeten. In hoeverre heeft hij dan invloed gehad?'

 

 

Kuijpers groeide zelf op in Limburg, en raakte geïntrigeerd door de aanslagen toen in aanraking kwam met het boek Ruger .357, van journalist Paul van Galgendonk. In het bijzonder herkende hij de frustratie dat ze nooit volledig is opgelost. Veel informatie is nooit achterhaald of wordt nog altijd geheim gehouden. 

Dat is natuurlijk een mooi gegeven voor een serie, maar wat de ervaren producent vooral aanspoorde de gebeurtenissen te dramatiseren, las hij aan het einde van Ruger .357: ‘Het blijkt dat er in die tijd veel IRA-leden heimelijk werkten voor geheime diensten. En dat waren er nogal wat. Al die diensten runden informanten in de IRA; naar schatting was veertig procent van de leden een informant. Daar sloeg mijn fantasie op aan, want het zou dus best kunnen dat in de cel van de aanslag in Roermond een informant heeft gezeten. In hoeverre heeft hij dan invloed gehad op wat er uiteindelijk gebeurd is?’

wat als?

De IRA-geschiedenis staat erom bekend dat het doordrongen was van geheime organisaties, dubbele agenda’s en omkoperij. ‘Het politieke spelletje tussen de IRA en de Britse overheid ging over verschillende schijven. Wij hebben dat iets versimpeld, maar uiteindelijk liep dat wel via allerlei geestelijken die contact met elkaar hadden,’ duidt Kuijpers. 

Om een zo helder mogelijk beeld te krijgen van de feiten nam hij contact op met Cees Verhaeren, destijds betrokken bij het onderzoek naar de aanslag in Roermond. Hij was tevens adviseur van het boek. ‘Ik heb Cees de vraag gesteld: zou het kunnen zijn dat er een informant zat van een van de geheime diensten in deze IRA-cel? “Dat hebben we nooit kunnen bewijzen, maar dat dachten we wel,” antwoordde hij. “Als dat zo is, dan weet ik ook wie van de IRA-leden dat is geweest. Er was namelijk een atypisch lid die een compleet andere achtergrond had en na afloop uit de geschiedenis is verdwenen.” Dat was voor mij het moment om er fictie van te maken.’ 

‘Uitgaande van dat scenario, hoe zou dat dan precies gegaan kunnen zijn? Door dit verhaal uit te werken konden we inzicht geven in welke processen er speelde in de vuile oorlog die destijds gaande was. Doordat je zo’n ingreep doet in een verhaal waarvan je weet dat het niet waar is, maar dat wel waar zou kunnen zijn, dan kan je dingen die eerst totaal onduidelijk waren of toevallig leken, ineens wel plaatsen in de geschiedenis. Dat vind ik zo leuk aan deze vorm van fictie.’

emotionele waarheid

Door de hele serie sijpelt het sentiment van zich afzetten tegen wat anderen opdragen. Dat speelt op het niveau van de Limburgse politie die niets moet hebben van ‘die Hollanders’, maar ook bij de Noord-Ierse burger die geen zin heeft om te luisteren naar een Britse overheid.

In dat sentiment zijn dan ook veel parallellen te trekken met het huidige Europese politieke klimaat. ‘Daar moeten we iets mee,’ stelt Kuijpers. ‘Ik denk dat dit een mooie les is van deze geschiedenis. Je lost het niet op door mensen te dwingen om jouw mening over te nemen, maar door ze serieus te nemen en als gelijke te behandelen. Dat is in Noord-Ierland uiteindelijk wel gebeurd door de katholieke minderheid serieus te nemen en politieke macht te geven. Dan zie je dat de angel er langzaam uit wordt gehaald. Dat thema is voor mij als Limburger heel herkenbaar. In Limburg is dat sentiment natuurlijk niet zo radicaal, maar er heerst wel een houding van: wij staan ver af van Den Haag en zij moeten ons niet teveel vertellen wat we wel en niet mogen doen.’

Die houding, de politieke intriges en de onwaarschijnlijkheid van toevalligheden heeft Kuijpers in de serie extra gewicht gegeven. ‘Daarmee proberen we een emotionele waarheid te creëren, die zo dicht mogelijk komt bij wat ik denk dat in die tijd allemaal meespeelde.’

 

 

'Elke politieagent die ik heb gesproken zei: "Het klopte gewoon niet."'

 

 

dramatisering

Om de emotionele waarheid goed uit te beelden heeft Kuijpers zich enige vrijheid gepermitteerd. Je moet wel, als veel informatie schimmig, onduidelijk of geheim is. Het gevoel dat Cees Verhaeren en andere betrokkenen hadden was leidend: ‘Elke politieagent die ik heb gesproken die erbij betrokken was, zei: “Het klopte gewoon niet. Het was duidelijk dat dit ook een politiek proces was.”’ 

De grootste aanpassing in het verhaal is het personage Jeanine Maes, gespeeld door Hadewych Minis. Zij is in feite een vertaling van de rol van Cees Verhaeren. Pieter Kuijpers legt uit waarom: ‘Dat is een intuïtieve keuze geweest. We wilden geen serie maken met weer een witte man op leeftijd die ons meeneemt door het verhaal. We wilden het anders doen. Zo konden we haar goed tegenover Fiona Hughes zetten, die een vrij letterlijke vertaling is van de echte ‘Angel of Death’ Donna Maguire. Het werd hierdoor ook geen mogelijke love interest maar een verhaal over twee vrouwen die beiden te maken hebben met obsessie en fanatisme.’ 

De tomeloze energie van Jeanine Maes om de zaak tot de bodem uit te zoeken wordt met deze dramatisering nog sterker, ook al kwam het feitelijk in de jaren negentig zelden voor dat een vrouwelijke onderzoeker bij de politie de leiding kreeg over een team vol mannen. De strijd binnen de IRA is ook iets uitvergroot ten gunste van de emotionele waarheid. ‘Hierdoor ga je begrijpen waarom die mensen doen wat ze doen. Hoe ver ga je in je strijd voor gerechtigheid? Dat is de centrale vraag in de serie.’

waarheid of op waarheid gebaseerd?

In de vertaling van de bekende feiten rondom de IRA-aanslagen in Limburg en omstreken heeft Kuijpers dus gekozen voor een zo goed mogelijke reconstructie. Dat zit ‘m vooral in de aanslagen zelf. Alle gaten in het verhaal zijn opgevuld met vermoedens van Cees Verhaeren en andere betrokkenen, en de hypothese dat er een informant in de betreffende IRA-cel aanwezig was. Wat er exact is gebeurd, daar zullen we sinds het Goedevrijdagakkoord nooit meer achter komen. Toen is het onderzoek gestaakt. 

‘Ik denk dat we er niet ver naast zitten,’ sluit Kuijpers af. ‘De kans is best groot dat een informant ooit deze serie ziet en misschien zegt: “daar zit je verdomd dicht bij de waarheid.” Maar voor hetzelfde geld slaat het nergens op.’