Oekraïne, een land van 44,8 miljoen mensen dat geteisterd wordt door verdeeldheid en corruptie. Het bevindt zich in een onrustige aanloop naar de officiële opening van het UEFA EURO 2012 voetbalkampioenschap op 8 juni. Vrijdag 27 april ontploften er vier bommen waarbij 29 mensen gewond raakten, voormalig premier Joelia Timosjenko liet vanuit de gevangenis aan de wereld haar blauwe plekken zien en ging in hongerstaking terwijl de huidige president Janoekovitsj verder gaat met het centreren van de macht bij een kleine club oligarchen. Kortom, wellicht niet het meest ideale land om met je gezin naartoe te gaan voor een mooi potje voetbal.
Op 9 juni 2012 moet ons oranje spelen voor de Europese titel. De aftrap zal plaatsvinden in een stadion Charkov/Kharkiv, Oekraïne. Op een steenworp afstand waar oud-premier en oud-leider van Oekraïne's oranje Joelia Timosjenko vorige week vanuit de gevangenis haar blauwe plekken liet zien. Verschillende Europese leiders boycotten de wedstrijden in het omstreden land. Hoe zat het ook alweer in Oekraïne? Hieronder een kort historisch overzicht.
Op 24 augustus 1991 werd Oekraïne onafhankelijk van de Sovjet-Unie. Hoewel Rusland van crisis naar crisis hopte, probeerde Oekraïne zich rustig te ontwikkelen en onderhielden de eerste Oekraïense presidenten Leonid Kravchuk (1991-1994) en Leonid Kuchma (1994-2005) goede banden met de voormalige Sovjet-Unie. Toen president Kuchma in 2004 besloot zichzelf niet meer verkiesbaar te stellen, brak een politieke strijd los tussen de grootste presidentskandidaten in het land.
De spelers
Enerzijds was er Viktor Janoekovitsj (1950), toenmalig premier (en huidig president), die ondanks zijn belofte als premier om aan toetreding tot de EU te werken, toch vooral naar sterkere banden met Rusland streefde. Deze Russisch sprekende ex-gouverneur van de economisch zeer belangrijke Donetsk-regio komt uit het industriële zakenleven. Hij werd in 2002 na het ontslaan van zijn voorganger Joesjtsjenko aangesteld als nieuwe premier onder president Kuchma.
Anderzijds werd de oppositie vertegenwoordigd door Viktor Joesjtsjenko (1954), die sterk voor toetreding tot de Europese Unie is. Hij werkte in de jaren negentig als technocraat uit de bancaire sector voor president Kuchma, die hem zelfs van 1998-2001 tot zijn premier benoemde om de financiële zaken in Oekraïne weer op orde te krijgen. Door zijn grote succes werd Joesjtsjenko al snel populairder dan toenmalig president Kuchma. Toen die hem ontsloeg besloot hij zich van hem af te scheiden en de oppositiebeweging ‘Ons Oekraïne’ te vormen.
Joesjtsjenko’s populariteit als presidentskandidaat bereikte nog grotere hoogte toen hij werd geflankeerd door Joelia Timosjenko (1960), een invloedrijke en charismatische zakenvrouw uit de gasindustrie. Samen creëerden zij politiek momentum dat een revolutionaire omslag in Oekraïne teweeg wilde brengen. Al snel werden de massale protesten en bijeenkomsten gedoopt tot de Oranje-revolutie, naar de kleur van Joesjtsjenko’s verkiezingsprogramma.
Vuil spel
In de verkiezingsstrijd vergde het een enorme propagandacampagne om premier Janoekovitsj de populariteit van zijn meer Westers georiënteerde tegenstanders te laten evenaren. Het was geen geheim dat zich hier een soort Koude Oorlog-scenario afspeelde. Zowel president Poetin als Bush jr. waarschuwden elkaar openlijk om zich niet met de verkiezingen te bemoeien. Joesjtsjenko ontsnapte ternauwernood aan een moordaanslag na een dioxine-vergiftiging die hem met een gehavend gezicht achterliet. Uiteindelijk won Janoekovitsj met een klein verschil. De verkiezingsuitslag werd echter als vals bestempeld, en na nieuwe verkiezingen kwam Joesjtsjenko uiteindelijk als winnaar uit de strijd, die met Timosjenko als premier ging regeren. Klik hier voor een overzicht.
Eindstand: 1-1
Hoewel de Oranje-revolutie massaal gesteund werd, was het team van Joesjtsjenko en Timosjenko niet goed voorbereid om te regeren. Bovendien brak de tandem uit elkaar wegens interne conflicten. De politieke verlamming van de regering zorgde ervoor dat er tijdens de wereldwijde economische crisis niet daadkrachtig en efficiënt geregeerd werd. Joesjtsjenko’s populariteit daalde snel, en bij de verkiezingen van 2010 waren de stemmen dan ook als volgt verdeeld:
Joesjtsjenko: minder dan 6% van de stemmen
Timosjenko: 45.47% van de stemmen
Janoekovitsj: 48.95% van de stemmen
Oud-president Janoekovitsj won dus met circa 3,5 procent. Hoewel Timosjenko beweerde dat er was gefraudeerd, meldden zowel nationale als internationale waarnemers dat de verkiezingen eerlijk waren verlopen.
Revanche?
Toen Janoekovitsj weer aan de macht kwam startten er allerlei processen tegen de oppositieleiders van de Oranje-revolutie, waardoor deze in de politieke strijd buitenspel kwamen te staan.
Joeri Loetsenko, die voor Oekraïne’s Oranje diende als minister van Binnenlandse Zaken, werd in februari 2012 veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf voor misbruik van staatsfinanciën. Oud-premier Timosjenko werd beschuldigd van machtsmisbruik bij het sluiten van gasdeals met Rusland die nadelig zouden zijn voor Oekraïne. Er was veel kritiek op het proces, dat volgens velen een wraakactie zou zijn van de huidige president Janoekovitsj. Timosjenko werd in oktober 2011 veroordeeld tot zeven jaar gevangenisstraf, en zit haar straf uit in Charkov/Kharkiv: de stad waar ‘ons’ oranje de eerste wedstrijd speelt tegen Denemarken.