Cinema OVT: afl. 5. Godzilla (1954)
De Zomerserie van 2019. The King of the Monsters wordt dit jaar 65, en dus is Godzilla weer terug in de bioscoop. Ditmaal in een eco-apocalyptische toonzetting. Op z’n Amerikaans. Ooit, in 1954, begon het reptielachtige ondier zijn loopbaan op z’n Japans. En dat was allesbehalve toeval. Godzilla zou namelijk uit de diepte van de oceaan tot leven zijn gewekt door atoomproeven in de Pacific. En als men ergens wist wat atoomkracht voor een kwaad kon aanrichten dan was het wel in het naoorlogse Japan dat in Hiroshima en Nagasaki monumenten bezat van nucleair onheil.In de allereerste verfilming van Godzilla wemelt het dan ook van verwijzingen naar nucleaire ellende. Vissers komen terug van zee, met een bootje vol stenen, omdat de oceaan geen vis meer geeft en tijdens de speurtocht naar de oorzaak van de rampen die zich als vanzelf lijken te vermeerderen, zijn op het witte doek mannen in witte pakken te zien met apparatuur -- een soort transistor-zendertje -- om straling op te meten. Maar de grootste ramp in de filmtragedie is het opduiken van het prehistorisch zeemonster zelf. Godzilla --vertolkt door een man in rubber hagedissenpak -- doet bij zijn ontwaken de zee beven en verschijnt niet veel later in Japan waar het monster heel Tokio vertrapt. Geen militair geweld, alleen de wetenschap -- de Oxygen-destroyer -- blijkt Godzilla te kunnen stoppen. De film wordt besproken door monster- en filmkenner Axel Frühmann, Japanoloog Thomas Mes en filmjournalist Floortje Smit.