Moeten kijkers eerst serie 1 gezien hebben om dit te kunnen waarderen?
‘Nee, Thomas is leuk genoeg om je mee te nemen, hij heeft een enorme charme. En die combinatie van luchtig en grappig en persoonlijk, met een land waar wel het nodige aan de hand is, die zorgt denk ik dat je je als kijker heel snel thuis voelt. Maar je mag best serie 1 kijken, natuurlijk. Als introductie is hij wel fijn. Bij deze nieuwe serie was ons plan eerst om hem vooral te laten gaan over de verhouding tussen Iran en Amerika. Omdat die zo gek is. Aan de ene kant zijn het aartsvijanden, op politiek niveau, zeker nu met Trump, maar er zitten een miljoen Iraniërs in de VS, en die zijn bijna Amerikaanser dan de Amerikanen zelf.'
'Dat zit er uiteindelijk voor een deel in; het is niet het thema van alle vijf de afleveringen geworden. Daar was het bij nader inzien te klein voor. Het zwaartepunt is in Iran komen te liggen. Van Amerika weet je als kijker toch al veel meer. En er was een praktisch probleem: Iraniërs in Amerika zijn heel voorzichtig. Bijna voorzichtiger dan in Iran zelf. Omdat ze nog steeds terug willen. Naar familie, op vakanties. Die letten zo erg op hun woorden… ik had niet het gevoel dat ze vrijuit konden praten. We dachten: als je nou ergens in vrijheid kunt praten met Iraniërs, dan is het daar wel. Maar nee. Ik vond ze vaak minder uitgesproken dan de mensen in Iran zelf. Dus dat viel een beetje tegen.’
Is het misschien ook omdat ze daar bang zijn voor de lange arm van Teheran?
‘Nee, dat geloof ik niet. Het is meer dat ze familie niet in problemen willen brengen, en zichzelf als ze in Iran komen. Dus toen werd het toch meer een serie over Iran zelf. We moeten daar werken via een filmbureau van de overheid. Die verstrekken een visum, en die moeten eigenlijk alles voor je regelen. In de praktijk valt het best mee en kunnen we wel doen wat we willen, maar je moet wel een lijstje indienen met wat je wilt filmen. Als je er bijvoorbeeld tien dagen bent, en je hebt voor tien dagen onderwerpen opgeschreven en afspraken gemaakt, dan gaan die van vijf dagen niet door. Als je dan keurig op het lijstje van het filmbureau gaat zitten wachten, zit je de helft van de tijd niks te doen. Het principe waarmee wij werken daar, is: gewoon gaan, en draaien wat je draaien kunt, waar het ook over gaat.’
Dat maakt de montage misschien wel wat lastiger.
‘Dat maakt de montage tot a hell of a job. Want je bent ’s morgens bezig met een item over, bijvoorbeeld, hoofddoeken, en ’s middags gaat het ineens over droogte, of over aardappels, of de zwarte markt. Je schiet van het een in het ander. Pakken wat je pakken kunt, dat is een beetje het systeem. Je hebt wel een idee wat je wilt filmen, maar je kunt niet alvast bedenken hoe de afleveringen precies in elkaar gaan zitten. In tegenstelling tot elke andere reisserie kom je dus thuis met een enorme berg rommel, en dat gooi ik dan hier bij Pelle op tafel. Die zucht dan diep en gaat er eerst helemaal in graven, en dan begint het selecteren.’
En daar moet je dan afleveringen van zien te bakken, die een thema en een titel hebben.
‘Ja. Het lijkt altijd een beetje koket, want als je het naderhand ziet, zeg je: leuk, heldere lijn en alles, maar dat wordt dus voor een heel groot deel hier in elkaar gestoken.’
Moet je dan ook veel moois weggooien, omdat het niet in de lijn past?
‘Niet meer dan anders. Ja, je hebt wel vrij veel omdat je redelijk stuurloos draait. Maar er is ook een andere reden om niet alles van tevoren te weten. En dat is dat je verrast moet willen en durven worden. Want het is wel een land waar alles toch net iets anders is dan je denkt.’ (tekst gaat verder onder de foto)