Al een half jaar gaan Iraniërs de straat op om te demonstreren tegen het regime. De protesten worden met grof geweld de kop in gedrukt, duizenden mensen zijn inmiddels opgepakt en de eerste executies zijn uitgevoerd.
Aanleiding voor de volksopstand in Iran is de dood van de Koerdisch-Iraanse vrouw Jina Masha Amini. Amini werd door de zedenpolitie mishandeld omdat haar hoofddoek niet goed zat en deze mishandeling werd haar fataal. Bij haar begrafenis ontstond de eerste grote demonstratie en de schreeuw om verandering is sindsdien alleen maar toegenomen.
Beri Shalmashi wil zo dicht mogelijk bij het verzet komen en dit brengt haar in Iraaks-Koerdistan, waar de oppositie zich al decennia verzamelt en nadenkt over een democratisch Iran.
Wat broeit er aan de rand van de revolutie? Shalmashi spreekt mensen die dagelijks met de opstand in Iran bezig zijn, maar er niet meer bij kunnen zijn. Ze ontmoet gevluchte Iraniërs die bij de protesten aanwezig waren en wordt geconfronteerd met het verdriet van familieleden die mensen verloren hebben.
Ook aan de rand van de revolutie is het leven niet zonder gevaar. Regelmatig wordt het gebied bestookt door Iraanse raketten en drones en vallen er doden. Shalmashi ziet hoe de Koerdische oppositie met gevaar voor eigen leven probeert te strijden tegen de onderdrukking van het de regering in Iran.
Toch komen er dagelijks nieuwe rekruten aan die alles achtergelaten hebben en opgeleid worden tot Peshmerga. Ook mensenrechtenorganisaties proberen vanuit Iraaks-Koerdistan alles zo goed als mogelijk in kaart te brengen en hulp te bieden.