‘Ik ben moraalridder,’ antwoordt Julia als haar tafelgenoot vraagt wat ze voor de kost doet.
Voor de kost. Dat zeggen simpele mensen. Lekker weertje. Gaat z’n gangetje.
Julia is zijn naam vergeten. Ze zet haar leesbril op om de wijnkaart te bekijken. ‘Neem je grootje in de maling,’ kauwt hoe-heet-ie.
Op z’n wang zit zeewier, ze weet nu al dat dit het enige is dat ze van hem zal onthouden. Haar twintigste date dit jaar, misschien moet ze het vieren, in plaats van haar verjaardag. Ze heeft dinges niet verteld dat ze vandaag eenenzestig is geworden.
‘Nee, echt,’ zegt Julia. ‘Ik ben ethisch beleidsmaker.’
Ze zou naar de wc kunnen gaan en op RichLove kunnen controleren hoe hij heet. Ze zou hem een kans kunnen geven; tenslotte zoekt ze een wederhelft die, net als zij, schoon is. Iemand die geen drinkwater met EmpEnhance lurkt, zoals het plebs, maar die soms gewoon niet empathisch genoeg is om de ander te begrijpen. Iemand met ruggengraat. Ze zou, in godsnaam, van deze kunnen gaan houden.
‘Poe,’ zegt nummer 20, ‘dus dat wordt nooit meer door rood lopen voor deze jongen!’ Hij lacht met zijn tong een stukje uit zijn mond, al ziet hij heus dat Julia niet lacht.
Niemand begrijpt haar.
Vroeger stond hier een aquarium. Haar vader bestelde grappend ‘lijst met klab’. Chin. Ind. Lucky Dragon heet nu Flowers of Fusion. Op de plek van de krabben staan de babypods van mensen die hun ongeboren kind overal mee naartoe sleuren.
Ze schuift abrupt haar stoel naar achter en haalt haar jas van de kapstok. Aan het tafeltje bij de deur hebben twee vrouwen ruzie. De clientèle hier is schoon, dan krijg je dat. Het personeel kan geen drinkwater zonder EmpEnhance betalen en is dus vrij meegaand, al sluipt er bij het bedienen van de allerrijksten soms enig dedain in hun houding. Waarom, denkt Julia, willen we eigenlijk allemaal onbegrepen blijven?
Schemer, miezer. Het is twintig minuten wandelen naar haar oude buurt. Bij Empa-Works heeft ze een pas achterovergedrukt. Deze wijk bleek tot haar verrassing het meest geschikt voor een experiment dat zij bij EmpaWorks initieerde; een hogere dosis Emp-Enhance uit de kraan, hoger dan nu al landelijk de standaard is, op een populatie die qua inkomen, klasse en culturele achtergrond zo dicht mogelijk bij elkaar ligt. Dat laatste is (getuige het personeel van Flowers of Fusion) belangrijk: empathische gevoelens zijn heviger voor mensen die op je lijken.
De gemiddelde bewoner van de wijk was wit, tussen de veertig en vijfenzestig jaar, heteroseksueel, getrouwd, op hbo-opgeleid, politiek centrumlinks georiënteerd en had 1,4 kind. De mensen die afweken van het buurtgemiddelde kregen riante huizen in andere plaatsen aangeboden, gratis scholing, gratis ouderenzorg. De laatste dwarsliggers gingen vanzelf overstag door sociale druk vanuit de wijk – daar konden de onderzoekers ook niets aan doen.
Vier van Julia’s ondergeschikten hadden uit gewetensbezwaar hun ontslag ingediend, haar parttimeminnaar verbrak om dezelfde reden hun amourette, een lafaard op het werk blijft maar ‘Adolf’ op haar lunchtrommel schrijven. Julia droomt voor het slapengaan van de Nobelprijs voor de Vrede.