Speciaal voor de VPRO Gids schreven zes auteurs een fictief verhaal bij de thema’s die aangesneden worden in 'De toekomst is fantastisch'. Deze week: Eva Meijer over zintuigen.

Bericht van Johan, 14.09 uur: ‘Ga je mee naar het pleintje?’

Bericht van Lore: ‘Huiswerk, πŸ™’

Bericht van Johan:  ‘πŸ™πŸ™πŸ™’

Lore legt haar telefoon weg en haalt de sense onder haar bed vandaan. Ze is bij level 3, herfst en winter.

Je beeldhouwt jezelf naar het voorbeeld van een boom

Ze heeft gekozen voor een berk. Die zijn wit en winterhard, ze komen zelfs voor in landen boven de boomgrens, zoals Groenland en IJsland.

Vroeger stonden er overal bomen. Susan, haar moeder, werkt bij de aanplantunit van het ministerie voor Water en Groen. Ze heeft Lore toen ze klein was een keer meegenomen naar een bos, een echt bos, in de lage gebieden. Daar hebben ze honderdduizend bomen aangeplant om tegemoet te komen aan de Europese zuurstofregels, maar niemand kan er wandelen omdat het te gevaarlijk is. Waar zij wonen is juist alles gekapt om plaats te maken voor woningen. Johan heeft nog nooit een bos gezien.

Takken groeien uit je hals, je borst, je rug, je arm naar boven, steken gaten in de lucht die je omringt

Net kwam Susan haar slaapkamer in om te praten. Dat betekent dat zij praat, en Lore luistert. Ze dacht dat het spel goed zou zijn voor Lore, omdat het een ‘meditatieve kwaliteit’ heeft. Ze wist niet dat Lore het ook weer competitief zou opvatten. Ze wilde ook brain-to-brain met haar doen om uit te vinden ‘waar het allemaal vandaan komt’. Lore knikte, niet omdat ze het ergens mee eens was, maar omdat ze weet dat dit soort gesprekken dan het snelst eindigen. Brain-to-brain moet ze maar met Paul doen. Paul is haar moeders nieuwe vriend. Hij draagt een oud leren jack en zegt steeds ‘cool’. Ooit was dat een cool woord.

Je ademt licht in

Vorige week hadden ze het bij biologie over fotosynthese. Zonder fotosynthese zouden er geen mensen zijn. Toen het leven op aarde ontstond was er geen zuurstof. Dit kwam pas met het ontstaan van algen, het afval van hun fotosynthese. Zuurstof maakte de wereld geschikt voor organismen die zich met planten voedden, die vervolgens weer koolstofdioxide afgaven die de planten konden opnemen.

‘Maar hoe voelt het dan?’, vraagt Johan na de les. ‘Hoe voelt het om van het licht te leven, om schors te hebben en te groeien, zo lang op één plek te staan?’        

Lore gaat voor hem staan. ‘Doe je ogen maar dicht,’ zegt ze. ‘Armen los van je lichaam. Adem helemaal uit, dan heel diep in. En nog eens. Adem dan weer normaal. Hou je ogen dicht.’ (Ze ziet dat Johan door de spleetjes van zijn ogen naar haar kijkt.)
‘Ik voel niks,’ zegt hij. ‘Ik voel alleen mijn eigen lichaam.’

‘Het is alsof er een laagje over je huid groeit, als een beschermlaag, een tweede, dikkere huid, een beetje als eelt, dat langzaam verstart. Je bent niet langer zo kwetsbaar. Die tweede huid geeft je stevigheid. Tegelijkertijd groeien uit je voeten wortels de aarde in. Het is alsof je tenen doorgroeien, steeds langer en langer worden, ze wurmen zich de grond in – je kunt de echte wormen er overheen voelen kruipen! Uit je armen en uit je rug groeien extra armen. Ze zijn eerst zacht, maar als ze langer worden, worden ze ook steviger.’ 

'Ik voel niks,’ zegt Johan. Hij zucht.

‘In het voorjaar beginnen die extra armen te kriebelen – er zaten steeds al knoppen in, net onder je huid, en die breken door en worden groter en dan groeien er blaadjes uit, kleine zachte blaadjes, het allerzachtste groen. Ook die worden steeds steviger, en met die bladeren drink je het licht in – vang je de zon.’

‘Sorry. Het is denk ik niet echt wat voor mij.’ Hij doet zijn ogen weer open, even kijken ze elkaar recht aan, alsof er niets tussen zit.

Lore kijkt weg. ‘Er zijn ook mensen die denken dat ze van de lucht kunnen leven. Dat noemen ze inedia of breatharianisme. Tot op heden is niet bewezen dat dit kan. Bekende doden door breatharianisme zijn Verity Linn, Timo Degen en Lani Marcia Roslyn Morris.’

Johan lacht.

Uit de palm van je hand groeit een katje

Sommige mensen dromen dat ze kunnen vliegen.
Johan speelt op de sense vaak dat hij een gierzwaluw is. Die bleven zo’n beetje hun hele leven in de lucht, hielden zichzelf in leven door insecten te eten en sliepen zelfs zonder de aarde te raken – ze vlogen dan heel hoog en spiraalden langzaam naar beneden.

‘Dat de lucht je vasthoudt,’ zei Johan. ‘Dat is het mooiste gevoel. Je bent niet los van alles, want je wordt gedragen, je hoeft je vleugels maar te spreiden en daar ga je. En ze kunnen warmte zien. De insecten bewegen niet alleen maar lijken licht te geven.’

Lore probeerde hem uit te leggen dat stilstaan ook vrijheid oplevert, juist doordat je opgaat in wat blijft. ‘En bomen begrijpen veel meer van wat er gebeurt dan we denken. Ze communiceren ook met elkaar, maar ook met schimmels en insecten, met heel fijne elektrische stromen.’

Johan knikte, maar ze zag dat hij al niet meer luisterde.

Volgens de Finnen groeide de eerste berk uit meisjestranen

‘Ik maak me gewoon zorgen.’

Beneden belt haar moeder met Paul. Ze weet dat Lore haar kan horen – Lore heeft het haar vaak genoeg verteld. Ze doet het erom.

‘Ze eet ook haast niks.’
‘Het is geen fase, of anders een heel lange fase. Ze moet met iemand gaan praten over wat er met Thomas gebeurd is.’

‘Hmmm.’

‘Hmmm.’

‘Nee, ik heb haar vader al weken niet gesproken. Die heeft zich overal volledig van gedistantieerd.’

Lore trekt het sense-pak aan. Haar vader zit in Finland, ze weet niet wanneer hij terugkomt. Maar hij stuurt haar oude Finse berkenverhalen. ‘De wijze Wainamoinen maakte een bijl. Daarmee hakte hij alle bomen om. Hij liet alleen de berk staan: een rustplaats voor vogels, vooral de koekoek met zijn zachte stem, die heilige vogel in heilige takken.’ In Finland werd de berk vereerd. De wereldgeest zat blijkbaar vermomd als adelaar in zijn witte takken. Ze offerden ook pap aan de boom, en schapenhoofden.

Level 3. Ongeduldig scrolt ze door naar 3.2. Ze zet de helm op en drukt op ‘go’.

De eerste minuut is altijd het moeilijkst – de overgang van mensentijd naar boomtijd, van een wereld waarin alles de hele tijd maar gebeurt naar een wereld waarin je gewoon kunt blijven staan, moet blijven staan. Ze haalt diep adem, en nog eens, voelt de schors op haar armen ruwer worden, dikker, schorsiger. Zo sterk als nu was ze nog nooit. Zo koud als nu was het niet eerder.

Lore houdt het oude blad zo lang mogelijk vast, tot het echt niet meer kan, voelt het dan vallen – haar wortels lezen de kleinste trillingen in de grond. Het is alsof er iets van haar afgenomen wordt, iets wat haar dierbaar was. Het tweede blad volgt snel daarna – ditmaal is het de wind die het loshaalt, ineens, ze kan er helemaal niets aan doen. Het derde valt, het vierde, en langzaam begint ze te begrijpen wat dit betekent. Geleidelijk wordt het winter.