De lentezon schijnt door de deuren van het kantoor van mijn collega in Johannesburg. Binnen brainstormen we over de vraag welke verhalen over Zuid-Afrika nog niet zijn verteld. Buiten schuifelt Greshon voorbij. Greshon woont al jaren in een bijwoning op het erf van mijn collega. Hij helpt in de tuin en bij andere klussen. Zoals dat gaat in Zuid-Afrika.
Hij ziet er slechter uit dan ooit. Jaren geleden raakte hij besmet met het hiv-virus. Dat is ook in Zuid-Afrika sinds het einde van het tijdperk van voormalige president Mbeki geen doodstraf meer. Medicijnen zijn nu ruim voor handen. Een pil per dag houdt inmiddels miljoenen op de been. Net als Greshon. Maar sinds een aantal weken verslechtert zijn toestand zienderogen. Nu heeft hij zelfs de kracht niet meer om eigenhandig het tuinpad op te komen.
Mijn collega besluit dat het tijd is voor het ziekenhuis en helpt Greshon met het pakken van zijn spullen in zijn woning. Op het nachtkastje staat een fles met bruine drank. Er drijven blaadjes in. Aanrader van de traditionele medicijndokter, legt Greshon uit. Want ook zo gaat dat in Zuid-Afrika. Westerse medicijnleer en traditionele genezers opereren gebroederlijk naast elkaar. Een levensgevaarlijke combinatie, vertellen de doktoren in het ziekenhuis hem even later. De drank van de traditionele genezer heeft de werking van de aidsremmers geneutraliseerd. De doktoren zijn nog net op tijd om Greshon te overtuigen van zijn vergissing.