Ik heb de verkeerde vraag gesteld. Of de goede vraag, maar op de verkeerde manier. Omdat montage wat werkelijk is gebeurd kan laten lijken alsof het nooit is voorgevallen, volgt hier mijn bekentenis. Het gebeurde in Alexandra, een township bij Johannesburg. We volgden de familie van een Zuid-Afrikaan die in 2015 een Mozambikaanse marktkoopman neerstak. Dood. Daar gaat de tweede aflevering van De trek over. Dat migratie niet alleen in Europa tot ongenoegen leidt, en boze burgers.
Zuid-Afrika is de grootste economie van het continent. Dit is het beloofde land voor migranten uit buurlanden als Zimbabwe en Mozambique. Ik had veel tijd gestopt in het vertrouwen winnen van de moeder van de moordenaar. Weken voor de filmploeg arriveerde ging ik bij moeder langs om te peilen of ze wilde praten. Ze had veel pers moeten afweren, sinds hij op de voorpagina van de Sunday Times prijkte, het mes hoog in de lucht, terwijl de Mozambikaan Emmanuel Sithole met beide handen het gevaar probeerde af te weren.
Na lang zitten stemde ze in. Direct bij het starten van de camera zette moeder de verdediging van haar zoon in. ‘Zij’ hadden hem aangevallen. En toen had haar zoon zich verweerd. Het was bezijden de waarheid. De foto’s van de fotograaf lieten zien hoe hij van honderden meters ver kwam aanrennen, om in volle vaart het lemmet in het lijf van de Mozambikaan te zetten. Ik ontvouwde de krant die de waarheid zo keihard in beeld had gebracht. De moeder wierp een korte blik op de krant. Even was het muisstil in de kamer. Toen begon ze onbedaarlijk te huilen. Ik verstarde. Zo had ik het niet bedoeld.
Maar wat had ik dan gedacht? Ik zie wel eens presentatoren om de hals vliegen van huilende mensen, om ze te troosten. Zo’n presentator ben ik niet. Onhandig legde ik mijn hand op het bed waarop moeder zat. Ze zag de hand, maar nam hem niet aan. Hulpeloos keek ik de regisseur aan, die terugkeek met een blik van: los het zelf maar op. Ik keek met schaamte naar mijn schoenen.
De familie van het Mozambikaanse slachtoffer Emmanuel Sithole was hun zoon kwijt en leefde door met het verdriet van dat verlies. De familie van de moordenaar had een zoon die tot zeventien jaar celstraf werd veroordeeld. Zij leefden met de schande. Dat verdriet had ik beter moeten aanvoelen.
Bram Vermeulen