Is er vanuit de filosofie veel over de jacht nagedacht?
‘Zeker. Dat begint al bij Plato en Aristoteles, die beschrijven de jacht met veel bewondering. En latere filosofen als Goethe en Schiller ook. In de filosofie gaat het meestal niet over de jacht als voedselverwerving, maar meer over het proces van het jagen zelf. Bijvoorbeeld als analogie voor soevereiniteit, voor de koning die bepaalt wie leeft en wie sterft. Machiavelli vond dat de koning in vredestijd regelmatig moest gaan jagen, als fysieke en geestelijke voorbereiding op de oorlog die onvermijdelijk weer zou komen. Een moderne filosoof die veel nadacht over de jacht was de Spanjaard José Ortega y Gasset. Als mensen jagen, zegt hij, nemen ze even vakantie van zichzelf, van hun menselijkheid. Ze zetten als het ware een evolutionaire stap terug, naar de tijd van de jagers en verzamelaars, toen mensen en dieren dichter bij elkaar stonden. Dat zie je ook duidelijk terug in de film: de jagers krijgen iets dierlijks over zich, ze doen het echt voor de kick. Als de vrouw in de film het moment van het schot beschrijft, krijg je de indruk dat ze er gewoon geil van wordt. Het is een soort fetisj voor deze mensen.’
Ik vond die mensen zelf vrij walgelijk, maar voelde me daarbij ook hypocriet. Want als vleeseter keur ik de jacht impliciet goed, maar ik zou zelf nooit zo’n trekker overhalen. Dat maakt mij toch ergens net zo
verknipt als zij‘Ja, dat klopt. Onze hele verhouding ten opzichte van dieren is verknipt, en Seidl confronteert ons daar spijkerhard mee. In die zin ontstijgt de film het niveau van een freakshow. Ik vond het zelf erg deprimerend om ernaar te kijken. Het blijft mij verbazen hoe liefde en onverschilligheid jegens dieren hand in hand kunnen gaan. De jagers in de film zijn bijvoorbeeld heel lief voor de speurhond, maar knallen moeiteloos zo’n zebra of giraf neer. En intussen lijken ze zelf het idee te hebben dat ze heel natuurlijk bezig zijn; ze aaien het neergeschoten beest alsof het een huisdier is, en praten ertegen met termen als “kameraad” en zelfs “medestrijder”. Maar ze staan in werkelijkheid natuurlijk mijlenver van de natuur af. En wij als kijkers dus net zo goed.’