Toen ik nog honden had, kwam ik elke dag in het bos. Het waren honden die gehoorzaamden. Als ik 'hier' riep, kwamen ze. Dat verbaasde me altijd, ik was nooit met ze op een cursus geweest, ik kende geen trainingstheorieën, mijn verhouding met honden was puur natuur. Toen de laatste hond gestorven was, kwam ik nog zelden in het bos. Ook dat is veranderd, ik heb gelezen dat elke dag een wandeling gezond is. Ik kom dus weer in het bos.
Sinds kort zie ik er een man met een hond aan de lijn lopen. Het is een gehoorzame man, hij doet wat er op de bordjes staat: honden aan de lijn. Ik zie hem ook wel eens zonder hond. Hij maakt dan foto's van vogels, vlinders en libellen, waar we dan samen naar kijken. Ik zal hem nooit zo leren kennen als de jongens met wie ik in de jaren veertig op de lagere school zat. De tijd bestaat uit hermetische compartimenten. Zijn ouders woonden in Nederlands-Indië. Zijn moeder overleefde een kamp, zijn vader een spoorlijn. Na de bevrijding gingen ze terug naar Nederland waar hun zoon werd geboren met wie ik nu in het bos sta te praten.
Op donderdag 21 maart hebben we het over de sprong van Thierry Baudet, die van mening is dat we terug moeten naar onze authentieke, historische wortels, onze prachtige huizen, onze blanke huid, ons onverdunde bloed. Hij stelt ons gerust: er is geen gevaarlijke klimaatverandering, het water zal niet stijgen, we worden bedrogen door cultuurloze, middelmatige beroepspolitici. Het is op het nippertje, maar hij is nog net op tijd politicus geworden, hij zal ons redden.
Ik wil niet vragen of mijn onbekende vriend misschien gestemd heeft op de nieuwe messias. Zo'n bos is eigenlijk een soort dierentuin, je weet nooit helemaal zeker of je wel aan de goede kant van het hek staat.