De wedstrijd van Ajax tegen Juventus zag ik in een vreemd huis. Ik was uitgenodigd door Erik van Hove, die ik pas een maand geleden had leren kennen. Mensenkennis is niet mijn sterkste kant, ik ben tegelijkertijd wantrouwend en goedgelovig.
Ook bij Thierry Baudet is dit weer het geval. Die man koestert extreme standpunten en heeft daarmee zijn politieke partij in korte tijd tot de grootste van het land gemaakt. Ik moet niets hebben van zijn opvattingen over immigratie, Europa en klimaat. Maar ik vind niet dat hij gedood moet worden, en ook monddood gaat me te ver.
In de jaren zestig gaf ik les op een klein gymnasium, waar een collega na een grote aardbeving in India voor de klas verkondigde dat het land met atoombommen uit zijn lijden verlost moest worden, volgens hem was het een mislukte staat zonder toekomst. De rector riep hem bij zich en zei dat hij zijn gedrag weerzinwekkend vond. Tegen de ouders die massaal eisten dat de loslippige leraar ontslagen moest worden, zei hij: Op deze school wordt niemand om zijn mening ontslagen. Ik wist toen nog niet dat hij Voltaire parafraseerde, maar ik was wel onder de indruk.
Mijn nieuwe vriend Erik van Hove had behalve mij een stel oude vrienden uitgenodigd die zich niet voor de wedstrijd bleken te interesseren en er hard doorheen praatten. Ik had gedacht dat Cristiano Ronaldo in het eerste kwartier vier goals zou maken en Ajax geen enkele. Maar het werd een spannende wedstrijd die mij aan het toestel gekluisterd zou hebben als de oude vrienden van de gastheer naar een andere kamer waren gegaan toen ze merkten dat ik de enige was die de wedstrijd graag wilde zien. Ik verliet het huis nog voor de pauze, maar kwam pas na afloop van de wedstrijd in mijn eigen huis. Ik had het gelijkspel gemist. Waarom gebeuren er zulke dingen?