Het is nauwelijks voor te stellen, indachtig de gebrekkige Franse wifi, dat onmogelijke azerty toetsenbord en die halsstarrige gewoonte om ordinateur, rekenmachine, te blijven zeggen in plaats van computer zoals de rest van de wereld, maar ooit gold Frankrijk als voorloper in de informatietechnologie. Toen Silicon Valley nog een valleitje was, kwamen de Fransen met een baanbrekende voorloper van internet waarmee je online kon bankieren, treinkaartjes kopen, chatten, vakanties boeken en winkelen. Het heette Minitel. We schrijven 1982.
Frankrijk ging er prat op zoals alleen de Fransen dat kunnen. ‘De bakker van Aubervilliers kan via Minitel zijn bank bezoeken, maar de bakker in New York kan dat niet!’ zei president Valéry Giscard d’Estaing. Het was nog waar ook.
De Fransen waren niet de enigen. Engeland kwam als eerste met Prestel, zoals het daar heette, en ook Duitsland (Bildschermtext), Nederland en andere Europese landen experimenteerden met ‘videotext’. Maar alleen in Frankrijk zette het echt door en werd het een groot succes. De gouden greep was om Minitel gratis weg te geven bij het telefoonabonnement. Daardoor gingen de Fransen massaal overstag. Op het hoogtepunt hadden zo’n tien miljoen Fransen Minitel thuis.
Het ziet er uit als een klein formaat vroege pc: een terminal met beeldscherm en toetsenbordje, azerty natuurlijk. Het werd in Frankrijk op de markt gebracht door France Télécom (de Franse ptt) en werkte via de telefoonlijn: door een servicenummer te bellen, meestal 3615, maakte het geïntegreerde modem in het apparaat verbinding met een server waarna de cursor in het schermpje begon te knipperen en je kon gaan typen. Een kind kon de was doen.