Tjark Ebels, hartchirurg bij het UMC Groningen, heeft thuis een verzameling hartkleppen liggen. Hij heeft ze stuk voor stuk uit elkaar gehaald en nauwkeurig opgemeten. Geen alledaagse klus, maar wel een noodzakelijke. Eind 2014 ontdekte Ebels namelijk dat er met veel hartkleppen iets grondig mis is: de maten ervan blijken niet te kloppen. Fabrikanten vermelden op de verpakking een grotere afmeting dan de kleppen hebben. Het resultaat: hartchirurgen worden op het verkeerde been gezet. De gevolgen kunnen voor patiënten desastreus zijn. Ze houden klachten, moeten soms opnieuw worden geopereerd, of kunnen zelfs komen te overlijden.
In Nederland worden jaarlijks circa 1500 operaties uitgevoerd om hartkleppen chirurgisch te implanteren. In januari 2019 publiceerden de universiteiten van Pernambuco (Brazilië) en Québec (Canada) een onderzoek waaruit blijkt dat van 100.000 patiënten ruim de helft een klep met een verkeerde maat kreeg. Het risico op sterfte stijgt van 1 procent naar 1,5 procent wanneer een te kleine hartklep wordt ingebracht. Anderen houden klachten en moeten soms opnieuw worden geopereerd. Het is essentieel dat patiënten de juiste klep aangemeten krijgen, concluderen de onderzoekers.
Ebels legt uit wat er mis is: ‘De binnendiameter wijkt regelmatig vele millimeters af van wat op de verpakking staat. Dat geldt voor alle grote hartklepfabrikanten, hoewel de een het bonter maakt dan andere’, stelt Ebels. Het gaat onder meer om de kleppen van Medtronic, LivaNova, Edwards Lifesciences en Abbott.