Voor de uit Curaçao afkomstige percussionist en componist Vernon Chatlein was de plaat Live at the Village Gate van Tito Puente uit 1993 een keerpunt in zijn leven. Gestimuleerd door zijn vader nam hij les in percussie. Hij woonde twee jaar in Cuba, waar hij de batá leerde bespelen, een trommel die gebruikt wordt voor ceremonieën van de Afro-Cubaanse santería-religie. In 2009 verhuisde Vernon naar Nederland omdat hij lessen wilde volgen bij een van de grondleggers van de Curaçaose jazz: pianist Randal Corsen. In zijn voetsporen nam Vernon zijn debuutalbum Peace, Love & Music op, met daarop typische Curaçaose ritmes. De plaat is een ode aan drie keer 'thuis': Curaçao, zijn eerste thuis, Cuba (tweede thuis) en Amsterdam (het huidige), maar ook aan jazz en de grondleggers van Latin jazz (Tito Puente, Dizzy Gillespie, Chano Pozo). Vernon is ook bekend van de band KOFFIE, Vanta en Orkater.