Pansori

Charlie Crooijmans ,

historische verhalen uit Korea, vreemd en herkenbaar

Voor de tweede keer werd ik uitgenodigd om naar het Sori Festival te gaan in Jeonju. De opzet van het festival is net als de vorige keer: er zijn workshops, concerten, samenwerkingsprojecten, traditionele muziek, wereldmuziek en K-pop. Van alles wat dus. Alleen kreeg het festival dit jaar te maken met een wervelstorm en moesten alle podia die buiten waren opgesteld afgebroken worden; bovendien werden heel veel optredens  geannuleerd. Op de laatste dag scheen de zon weer en konden de concerten doorgaan. Maar laten we even terug gaan naar het begin, want het openingsconcert was dit jaar heel bijzonder. Heel rauw, zonder glitter en glamour. Het concert begon met een traditionele Jindo Ssitgim-gut ceremonie, gevolgd door tien-minuten-presentaties van muziek die uitgebreid aan bod komt op het festival. Zoals het Nederlandse trio Reijseger Fraanje Sylla, het Turkse soefi-ensemble Meshk, de Taiwanese er-hu (twee-snarige viool) speler Wang Ying-Chieh, en het ODO Ensemble uit Frankrijk met eigentijdse interpretaties van Middeleeuwse liederen. Daar tussendoor kwamen het Jeonju Pansori Choir, het Flamenco versus Pansori-project, de pansori-zangeres Kim Soo yeon en de ajaeng (gestreken cither) meester Kim Iigui. In het tweede gedeelte kwam alles bij elkaar onder muzikale leiding van de organisator van het festival en free jazzmuzikant Park Je-chun. Het was als een authentieke bibimbap (een gerecht met van alles wat door elkaar gehusseld). Helemaal te gek! Zelf zien? Het Jeonju Sound Culture Hall heeft een live registratie gemaakt.

Dit jaar wilde ik me uitsluitend concentreren op de pansori-voorstellingen. Pansori is een soort eenpersoons-opera's met zang en drums, waarbij de zanger(es) een verhaal vertelt en zingt, in de huid kruipend van alle personages. De verhalen zijn eeuwenoud. Er waren er ooit twaalf, maar nu zijn er nog maar vijf van over. Ze zijn tekstueel en muzikaal vastgelegd, waarbij het ritme gekoppeld is aan een bepaalde sfeer. De zanger(es) kan variëren in intonatie en eventueel stukken van het verhaal overslaan. De verhalen zijn als fabels of sprookjes die eigenlijk heel universeel en herkenbaar zijn. Alleen de uitvoering is voor onze westerse oren een beetje vreemd: de drums hebben complexe maatsoorten en zijn heel minimaal. De zang is soms heel traag en larmoyant. De zanger(es) zingt met een rauwe stem die prachtig kan uithalen, reacties uitlokkend van het publiek. Als je eenmaal begrijpt hoe het werkt en het verhaal mee kan lezen (gelukkig stonden er schermen met Engelse en Koraanse ondertiteling) dan word je zowaar in het verhaal gesleurd. Hier een aantal hoogtepunten.