Het liefst staat Júlio Pereira met zijn grijze wapperende haren en zijn geliefde cavaquinho (4-snarig gitaartje) op de foto, maar op zijn nieuwste album Praça do Comércio met tekeningen van Carlos Zingaro ziet-ie er een beetje Catweazle-achtig uit. Past eigenlijk veel beter. De Portugese Júlio Pereira zit al heel lang in het vak. Hij begon in de jaren zeventig bij progrock-bands als Petrus Castrus en Xarhanga. Toevallig kwam hij in aanraking met Portugese folklore en begon cavaquinho te spelen met Zeca Afonso, een invloedrijke protestzanger. Julio merkte dat zijn spel op de cavanquinho ook in het buitenland goed werd ontvangen. Na het uitbrengen van de LP Cavaquinho (1981) heeft hij het instrument niet meer losgelaten. Júlio heeft door zijn virtuoze spel en eigen composities bijgedragen aan de emancipatie van het gitaartje. In de tijd dat Portugal nog een handelsnatie was heeft het instrument sporen achtergelaten in landen als Brazilië en Kaapverdië, dus verdient het een serieuze plek in het huidige muzikale landschap. Zijn nieuwste album, de 31ste, heeft een rijk geïllustreerd boekje. Elke track heeft een eigen, grappige tekening, de geschiedenis van de cavaquinho en de braguinha (4-snarig gitaartje uit Madeira) wordt munitieus uit de doeken gedaan, en staan de nummers in notenschrift en tabulatuur afgedrukt. Leuk voor de huidige en toekomstige generatie cavaquinho-spelers. De muziek is een soort van progressieve folk waarbij een reis wordt gemaakt naar verschillende plekken in de wereld. Behalve op cavaquinho en braguinho bespeelt Júlio de Griekse bouzouki en synthesizers. Daarnaast hoor je de cello, percussie, gitaar, bas en een koortje. Lekker plaatje dat heel af en toe over de top neigt te gaan.
Gitaartjes uit Portugal
Júlio Pereira op cavaquinho en braguinha
Charlie Crooijmans
De muziek mag van haar zowel in de diepte als in de breedte gaan - zo breed als de aarde rond is, het liefst contrastrijk of anders een beetje luchtig.