Jazz die gebaseerd is op klassieke stukken kennen we natuurlijk al bijna net zo lang als er jazz is - van de doebiedoebiedoebie-swing van Ward Swingle en zijn Singers tot en met het fascinerende project rond de Vlaamse polyfonie van Jasper Blom. Het Zwitserse pianotrio VEIN brengt een CD uit met stukken die allemaal gecomponeerd zijn door Maurice Ravel, maar die met een fijn balancerend evenwicht tussen respect en deconstructie worden geherinterpreteerd als kamerjazz. Met naast de broers Michael en Florian Arbenz (piano en drums) contrabassist Thomas Lähns en een gastoptreden van saxofonist Andy Sheppard. Niet verbazend, Ravel als keuze voor een jazz-interpretatie, immers ook Ravel (1875-1937) liet zich graag inspireren door uiteenlopende muzikale stijlen, van barok tot Spaanse folklore tot (vroege) jazz. Ravels beroemdste werk is denkelijk de Bolero, en dat is terecht het langste en meeste aandacht trekkende stuk van de CD van VEIN. Het trio is hier met nog vier blazers uitgebreid, en geeft een heel eigen, maar volstrekt logisch klinkende, meeslepende, eigentijdse versie van Ravels veelkleurige meesterwerk. Je herkent het meteen, en toch klinkt het als iets heel ‘eigens’, alsof het niet een bewerking ofzo is, maar een heel nieuw stuk. En daarna de Pavane beginnend op de duimpiano (denk ik?) - prachtig.
VEIN plays Ravel - VEIN
Zwitserse pianotrio deconstrueert stukken van Maurice Ravel
Aad van Nieuwkerk
Muziek is muziek als er muziek op staat. Ja toch? Of ligt het niet zo simpel?