Indiase klassieke dans kent haar oorsprong in de Hindoetempels. Deze dans heeft bijna altijd te maken met mythologie uit het Hindoeïsme.
Er zijn twee varianten: De zuid- en de noord-Indiase. Renjit & Vijna, de dansers in de uitzending, zijn experts van de BharataNatyam, de dans uit het zuiden. Bharatanatyam kent twee belangrijke elementen.
- Nritta- zuiver technische dansbewegingen met de focus op het ritme.
- Abhinaya – expressie van emotie door gezichtsuitdrukkingen en handbewegingen.
De opleiding om de basis (nritta) onder de knie te krijgen duurt gemiddeld 6 jaar. Naast de technische dansbewegingen is het ritme heel belangrijk. Daarna begint het proces van de Abhinaya, volgens Renjit en Vijna duurt dat heel je leven. Naarmate dansers ouder worden ligt de focus meer en meer op de expressie. Anders dan in de westerse wereld, waar je rond je 30ste wel klaar bent met dans, heeft de Indiase dans niet zoveel te maken met leeftijd. Jongere dansers excelleren in het technische aspect en bij oudere dansers gaat het om expressie en uiteraard het onderwijzen.