Rozalie Hirs
Voor deze aflevering van de podcastserie De componistenkamer bezocht Melchior Huurdeman de ordentelijke werkruimte van Rozalie Hirs met uitzicht op het IJ.
In het gesprek leest ze voor uit haar dagboeken, met anekdotes over haar leraar Louis Andriessen, verklaart ze haar liefde voor het fenomeen frequentieberekening en draagt ze op muzikale wijze een gedicht voor.
Rozalie Hirs, geboren in de jaren zestig in Gouda. Van jongs af aan ontpopt zich de liefde voor taal, muziek, wetenschap en technologie en ontwikkelt zich gaandeweg een geheel eigen muzikale stem. In de jaren negentig studeert ze hoofdvak compositie aan ‘t Koninklijk Conservatorium in Den Haag, eerst bij Diderik Wagenaar en dan bij Louis Andriessen. In die tijd presenteert ze ook steeds vaker haar gedichten aan de buitenwereld. In 1999 vertrekt ze met een Fulbright-beurs naar New York om aan Columbia University te studeren bij de Franse componist Tristan Murail. In 2007 promoveert ze aldaar met een proefschrift over hedendaagse spectrale compositietechnieken. Haar composities worden uitgevoerd door gerenommeerde ensembles en orkesten, waaronder ASKO|Schönberg, Klangforum Wien, Musikfabrik en het Radio Filharmonisch Orkest. Sinds 2003 kan ze leven van haar werk. Bij Uitgeverij Querido verschijnt tot nu toe een zevental dichtbundels, van Locus (1998) tot recentelijk oneindige zin (2021).
Nu in 2022 is Rozalie Hirs vele prijzen en onderscheidingen verder, en behoudt ze die onstilbare honger naar schoonheid.