De tweede Wintergast van 2021 is performancekunstenaar Marina Abramovic (1946). Het gesprek is online niet meer te zien. Hieronder lees je meer over Abramovic en vind je beschrijvingen van de fragmenten.

Al sinds de jaren zeventig zoekt performancekunstenaar Marina Abramovic (1946) in haar performances de extreme grenzen op van wat lichaam en geest aankunnen.

Ze werd wereldberoemd door haar performance The Artist is Present (2010) in het MoMA in New York. Drie maanden lang zat ze in dat museum doodstil op een stoel. Bezoekers konden tegenover haar gaan zitten en haar in de ogen kijken. Mensen stonden er dagen voor in de rij.

In haar Wintergastenavond vertelt Marina Abramović onder meer waarom ze al ruim zestig jaar geobsedeerd is door operadiva Maria Callas aan de hand van een fragment uit de documentaire Maria by Callas (2017), en ze legt uit hoe communisme en geloof toch samen kunnen gaan aan de hand van The Colour of Pomegranates (1968), een Armeense film uit de Sovjettijd.

Verder bijzondere beelden uit de film Days of Pain and Pride (1980), over de vier dagen na de dood van de door velen in voormalig Joegoslavië geliefde dictator Josip Broz Tito.

Marina Abramovic werd geboren in communistisch Joegoslavië, als dochter van Servische partizanen. In 1965 ging ze naar de kunstacademie in Belgrado. Vanaf midden jaren zeventig maakte ze naam met haar heftige performances.

Ze werkte twaalf jaar samen met de Duitse kunstenaar Ulay, die ze ontmoette in Amsterdam, een stad waar ze 25 jaar bleef wonen. Het doorstaan van langdurige pijn was een belangrijk onderdeel van hun werk.

Inmiddels is ze een leermeester voor een nieuwe generatie performancekunstenaars met haar Abramovic Methode, die ook populaire artiesten als Lady Gaga inspireerde.

Het nieuwste werk van Abramovic, de opera Seven Deaths of Maria Callas speelt in het voorjaar van 2022 in Berlijn.

Janine Abbring spreekt Marina Abramovic in haar huis in Malden Bridge, New York.

1. Introductie

De video opent met sneeuwbeeld, gevolgd door het geanimeerde logo dat in de jaren vijftig voorafging aan uitzendingen van Radio Televizija Srbije. Het is een klassieke globe-animatie met een daaromheen een zwart-witte banier.

2. Dood van Tito (1980)

Als tweede fragment neemt Abramovic een clip mee uit Days of Pain and Pride (RTS 1980) van Dejan Karaklajić. Daarin documenteert hij de dagen na de dood van maarschalk Josip Broz Tito, die stierf in Ljubljana op 4 mei 1980. Een duidelijk ontredderde nieuwslezer kondigt zijn dood aan, gevolgd door beelden van huilende mensen. Onder hen een groep mijnwerkers, die hun helmen hebben afgezet om een lied te zingen, naast een portret van hun overleden leider. Tito’s lichaam werd naar Belgrado gebracht met behulp van zijn luxueuze blauwe trein, waarmee hij door Joegoslavië reisde. In het fragment zijn beelden te zien van zijn kist op de trein, van een bloemenzee, en drommen mensen die langs het spoor staan opgesteld.

3. Techching Hsieh

Abramovic besteedt ook aandacht aan kunstenaar Techching Hsieh, die in 2017 werd geïnterviewd op de Biennale van Venetië. Daar had Hsieh een overzichtstentoonstelling van zes van zijn werken, die ieder een jaar in beslag namen. Zo klokte hij in ‘One Year Performance 1980-1981 (Time Clock Piece)’ ieder uur van iedere dag in bij een tijdklok.

Hsieh: ‘In zekere zin is inklokken niet productief en dus verloren tijd. [...] Voor mij, is een jaar als tijdseenheid, precies geschikt als meetinstrument van menselijk leven op deze planeet. Een jaar is ook de tijd die de aarde nodig heeft om rond de zon te gaan. Het gaat om het ritme van het hele universum. Voor mij draait dit werk niet om lijden, maar om overleven, hoewel ik dat niet zal benadrukken. Want mijn werk gaat niet om uithoudingsvermogen - als dat wel zo was, dan zou ik het nog een jaar doen. Het is niet dat ik geloof dat het niet gedaan kan worden, maar niemand zou zijn tijd zo willen verdoen. In feite, van al ons menselijk gedrag, welke verdoet geen tijd?’

4. Drie ‘hoofdstukken’

‘Head Piece’ (1997), van Melati Suryodarmo, verwijst naar haar gevoelens met betrekking tot de culturele en politieke staat van haar thuisland, Indonesië. De zwart-witte video laat een close-up zien van de kunstenaar, direct in de camera kijkend, met haar vuisten gebald, die haar oren bedekken.

In ‘Hullabelly’ (2002) geeft kunstenaar Nezaket Ekici een politieke twist aan de hoelahoep, door enkel haar nek te gebruiken: daar maakt het herhaaldelijk contact met haar sjaal.

‘Dead Tongue’ (2015) laat op z’n beurt Christian Thompson zien, met twee papieren Union Jack-vaandels tussen zijn tanden. Ondertussen zingt hij in de taal van zijn vader, het inheems Australische Bidjara, een taal die inmiddels te boek staat als uitgestorven.

5. Art Meets Science and Spirituality in a Changing Economy (1990)

Een vijfdaagse conferentie in het Stedelijk Museum in Amsterdam, waar wetenschappers, economen, denkers en kunstenaars werden samengebracht. Het fragment dat Abramovic toont, laat een gesprek zien tussen de Dalai Lama, kunstenaar Robert Rauschenberg, wetenschapper David Bohm en econoom Stanislav Menshikov, over competitie en compassie.

Wetenschapper Fritjof Capra onderbreekt het gesprek: hij beargumenteert dat in patriarchale samenlevingen vaak wordt gesproken over de menselijke natuur, terwijl men daarmee de ‘mannelijke menselijke natuur’ bedoelt. ‘De discussie van vanmorgen over competitie is een goed voorbeeld van een vraag, waarvan we niet kunnen verwachten dat die wordt opgelost door een panel dat bestaat uit louter mannen.’

6. The Color of Pomegranates (1969)

The Color of Pomegranates is een Sovjet-Armeense kunstfilm van Sergei Parajanov. De film is een dichterlijke bewerking van het leven van de achttiende eeuwse Armeense dichter en troebadoer Sayat-Nova. De scènes illustreren hoe het er toe gaat in een klooster en beelden ook de cirkel van het leven uit: van monniken die granaatappels eten en persen druiven, tot een orthodoxe priester die met wierook een ritueel uitvoert, een religieuze trouwerij, de dood, en de doop van een pasgeboren baby. 

7. Maria by Callas (2017)

Deze documentaire van Tom Volf beeldt het leven en werk uit van operazangeres Maria Callas, met behulp van haar eigen woorden, optredens, televisie-interviews, familiefoto’s, privébrieven en ongepubliceerde memoires - waarvan het merendeel niet is geopenbaard aan het publiek. In het fragment dat Abramovic heeft uit gekozen, spreekt Maria Callas over haar moeilijke jeugd en haar veeleisende moeder, die voor Maria besloot dat ze een beroemde zangeres moest worden.

8. Spirit House: Insomnia (1997)

In dit fragment is een jonge Marina Abramovic in beeld, in een zwarte jurk in een witte ruimte, met slechts één lichtstraal op haar gericht. Ze danst de tango, niet met een partner, maar met haar eigen schaduw. Ze kijkt niet naar de camera en lijkt geheel in haar eentje te dansen. Ondertussen speelt “Ana El Owerka”, een nummer van de Algerijnse zanger Lili Boniche.