Je zou kunnen denken dat Jurjen Blick een perfectionist is. Niet alleen bedacht hij Stuk, hij regisseerde de vierdelige docuroman ook, schreef daarnaast de teksten voor de vertelstem – die hij zélf insprak – en, als we hem dan ook nog spreken, is Blick druk bezig met de montage. ‘Maar perfectionisme associeer ik met mierenneuken,’ vertelt de regisseur, ‘en dat heb ik niet. Ik monteer een scène bijvoorbeeld niet vaker dan één of twee keer. Voor mij is het net als het bouwen van een groot, mooi huis. Als er dan aan het eind ergens een vlekje zit, vind ik dat niet zo erg, zolang jij dat huis maar ziet, voelt en denkt: daar wil ik in wonen.’
In de eerste plaats heeft dat niet alleen met de regisseur te maken, weet ook Blick, maar vooral ook met de mensen die dat huis al bevolken. In dit geval revalidatiekliniek Heliomare. ‘Het klinkt een beetje pretentieus, maar ik wilde echt een serie maken over mensen, waarbij je in hun ziel kruipt, dat je ze goed leert kennen. Ik heb daarbij wel een soort adagium dat je iedereens verhaal, ongeacht wie, interessant kunt maken. Door de mooie, grappige en interessante details van hun leven naar voren te duwen. Het gaat ook eigenlijk automatisch. Hoe langer je met mensen praat en hoe meer je weet over hun leven, hoe sterker je je betrokken voelt bij hen.’