Toen Frans Weisz en Marcia Luyten elkaar voor het eerst ontmoetten, bleken ze een onverwacht raakvlak te hebben: Limburg. Frans Weisz zat er als kind ondergedoken, Marcia Luyten groeide er op. Hij bleef het lang missen: de grote familie, de boerderijen het troostrijke Roomse leven.
Na de oorlog moest Frans Weisz het lang zonder familie stellen. Als regisseur construeerde hij zijn eigen familie: een van acteurs op een warme, volle filmset. Hij stond aan de voet van de Nederlandse film; geen Nederlandse cineast schiep een omvangrijker oeuvre. Hij maakte naam met kaskrakers als De inbreker en Rooie Sien, ontwikkelde zich als regisseur van boek- en toneelstukverfilmingen, verfilmde boeken van Campert, Vestdijk, Mulisch en mindere goden van de Nederlandse literatuur. Zijn grootste succes behaalde hij met de verfilmingen van Voskuils Bij nader inzien en het toneelstuk Leedvermaak van Judith Herzberg; goed voor twee Gouden Kalveren. Vijftig jaar nadat hij hier voor het eerst aan begon, gaat hij eindelijk Het leven is verrukkulluk verfilmen, zijn zoon Géza in een hoofdrol.
Drie uur lang met de filmmaker die altijd geroemd werd als 'de acteursregisseur die de mens achter de mens laat zien'. Over de mens achter de cineast die hij zo lang veilig verborgen hield.