Jan Montyn werd op 13 november 1924 in Oudewater geboren. Hij groeit op in een streng-gereformeerd gezin, waar hij in de Tweede Wereldoorlog aan hoopt te ontsnappen door bij de Duitse marine te gaan. Hij wordt naar het Oostfront gestuurd en komt in de loopgravenoorlog terecht.
Na de oorlog meldt hij zich eerst bij het vreemdelingenlegioen, maar ontsnapt als het niet blijkt te zijn wat hij zoekt. Teruggekeerd in Nederland moet hij in een heropvoedingsgesticht. In Oudewater heeft nooit iemand wat van zijn oorlogsverleden gezegd, maar daarbuiten werd hij als collaborateur gebrandmerkt: “Ik heb in mijn leven natuurlijk wel het een en ander naar mijn hoofd geslingerd gekregen, maar niet in Oudewater. Daar zijn ze tolerant.”
Daarna meldt hij zich aan om in de Koreaanse oorlog te dienen bij een Nederlandse legergroep. Hij raakt gewond en keert als held terug naar het vaderland. Met deze daad rehabiliteert hij zich in de ogen van de Nederlandse regering en hij wordt niet langer als ‘fout’ beschouwt. Wel slaat de ‘frontkolder’ toe, vooral door alles wat hij in Korea had gezien. Veel drank en veel vechtpartijen. Hij werd in ‘Hare Majesteits Gekkenhuis’ opgenomen. Na negen maanden waarin hij alles wat hij had gezien en meegemaakt had opgeschreven, liet dokter Martens hem gaan. “Nu weet ik het wel zo’n beetje”, had de psychiater gezegd.
In die periode in het gesticht heeft Montyn veel geschilderd. Toen hij vrij was, hield hij zijn militaire loopbaan voor gezien en ging als kunstschilder aan de slag in Amsterdam. Ergens in de jaren zestig zag hij een demonstratie tegen de oorlog in Vietnam aan zich voorbij trekken. Een man naast hem vroeg hem of hij het erg vond wat daar gebeurde: “Natuurlijk, maar we staan toch machteloos.” “Heb je zin om kinderen weg te halen van het slagveld? Die liggen daar te rotten en niemand kijkt naar ze om.” Een paar dagen later was Montyn op weg naar Bangkok, voor een medische opleiding, speciaal om gewonde kinderen te helpen. Sindsdien helpt hij kinderen in heel Zuid-Oostazië, van Cambodja tot Vietnam.
Zo’n biografie is voer voor een roman. Dat dacht ook Dirk Ayelt Kooiman, die in 1982 een roman schreef, gebaseerd op Montyns leven, getiteld Montyn. Het boek staat nog op menig boekenlijst voor middelbare scholieren.
Zijn schilderkunst heeft hem internationale bekendheid opgeleverd en wordt tentoongesteld over de hele wereld, waaronder het Stedelijk Museum in Amsterdam en het Museum of Modern Art in New York.