Kees begeleidt in de uitzending onder andere een islamitische uitvaart.
Door Marre Meijerink
U heeft meegewerkt aan het programma Dit zijn wij, hoe bent u zo bij dit programma terecht gekomen?
'Ik werd benaderd. Daarna was er een selectie met meerdere uitvaartverzorgers en ik werd uitgekozen.'
Kent u de maker, Michiel van Erp?
'Ja, ik heb eerder samengewerkt met Michiel, dat is al wel vijftien jaar geleden. Ik vond het deze keer wel heftiger dan de vorige keer, terwijl het toen over praktisch hetzelfde onderwerp ging.'
Hoe bent u eigenlijk bij dit beroep terechtgekomen?
'Via een advertentie in de krant. Mijn vrouw vond het wel wat voor mij en na lang aandringen heb ik toch maar gesolliciteerd. Ik vond het eerst echt verschrikkelijk en heb na een paar dagen afgebeld. Toch heb ik na een week weer teruggebeld en werd ik aangenomen. Dit verbaasde me want ik had helemaal geen ervaring in het vakgebied en de andere sollicitanten wel.'
Wat vindt u het mooiste aan uw baan?
'Je kan iets voor de nabestaanden betekenen. Je krijgt maar één kans, en als dat goed gaat geeft dat veel voldoening. Vooral als je achteraf wordt bedankt door de nabestaanden doet dat je erg veel.'
Wat is in uw ogen belangrijker, de wens van de overledene of van de nabestaanden?
'De nabestaanden zijn toch echt de opdrachtgevers, en wie betaalt, bepaalt. De wens van de overledene wordt toch door hen wel vaak nageleefd, maar als dat niet zo is kan ik er zelf weinig tegen inbrengen.'
Wat zijn bijzondere momenten uit uw carrière die u zijn bijgebleven?
'Vooral de uitvaarten van jongere mensen die zichzelf van het leven hebben beroofd. Dat zijn heftige uitvaarten.'
In de documentaire zien we dat u een islamitische begrafenis verzorgt, wat vindt u ervan om uitvaarten te verzorgen van andere culturen?
'Op zich wel heel mooi. Je kennis neemt namelijk toe. Het is leerzaam en zeker niet vervelend om te doen.'
Gaat u de uitzending bekijken vrijdag?
'Jazeker, met m’n vrouw en kinderen, alleen mijn kinderen kijken bij hen thuis. Ik trommel niet de hele familie op hoor, haha.'