‘De aflevering van De roze revolutie over solidariteit raakte mij echt. Ik heb er ook van geleerd, terwijl ik dacht heel bewust te zijn van de LHBTQIA+-geschiedenis. Toch zijn er een hoop dingen die ik niet wist en dingen die ik nog kan doen om me in te zetten.
Bijvoorbeeld de ‘Transgender Day of Rememberance’, waarop ieder jaar in Amsterdam de slachtoffers van anti-transgeweld worden herdacht. Daarvan dacht ik: dat is zó mooi. Want bij sommige mensen die overleden zijn, zal er misschien niemand stilstaan bij wie diegene is geweest. Die personen verdienen het om niet vergeten te worden. Ik ben blij dat ik nu van deze dag af weet, want ik wil er vanaf nu ook naartoe gaan.
Wat ook indruk op mij maakte was het stukje uit de aflevering over hiv en aids, waarin verschillende mensen vertelden hoeveel vrienden ze aan de ziekte hadden verloren. Ik zat me net in de trein nog af te vragen hoe dat zou zijn, dat ik nu ineens zou horen: “Hey, die jongen is ziek geworden” en “Wist je al dat die was overleden?”. En dat de hele maatschappij jou als homo zijnde daar vervolgens op aankijkt. Een soort bevestiging van: “Zie je wel, jullie homo’s brengen ook niets goeds met jullie mee. Dit is wat er voortkomt uit jullie seksualiteit”. Ik vond dat heel aangrijpend.’