Ze werkte op dat moment pas driekwart jaar bij onze supermarkt in het dorp. Ik werkte er al enkele jaren. Wanneer wij in het weekend allebei ‘s avonds moesten werken, wisselden we een korte begroeting en een glimlach. Haar naam was Shirley en ze had een zachte stem waarmee ze weinig woorden sprak. Soms maakten we tijdens het vakken vullen een praatje en dan schraapte haar accent over mijn trommelvliezen als nagels over een ouderwets schoolbord. Ik had geen accent. Ik was namelijk wél netjes opgevoed. In plaats van naar haar stem te luisteren, stond ik liever na werktijd in een kringetje van collega’s haar stiekem te observeren. Ik zag dan hoe ze op het pleintje voor de supermarkt trekjes nam van haar sigaret. Als mijn ouders mij iets hadden ingeprent, dan was het wel dat roken de enige echte doodzonde is. ‘Jongen, ga nóóit roken,’ betoogde mijn vader minstens eenmaal per week aan de keukentafel. ‘Je verwoest er alles mee: je longen, je lijf, je toekomst en je inkomen. Roken is dúúr.’ Vooral op het kostenplaatje van roken werd nadruk gelegd, want studeren is immers ook duur. Wie zijn geld oprookt heeft niets meer over voor een fatsoenlijke studie en dat ik verder zou leren was bij mijn geboorte al bepaald. In weerwil van Zijn woord, trotseerde ik de tweedehands rook, zodat ik op het pleintje voor de supermarkt nog wat langer van Shirley kon genieten, alvorens zij zou gaan dansen en ik naar huis zou fietsen.
Shirley draaide haar bepoederde hoofd naar de ingang en een volle glimlach verscheen op haar rood gestifte lippen. Haar grote ogen, geaccentueerd door eyeliner, die krap achttien lentes hadden gezien, openden zich en trokken mij over de drempel de kroeg in. Ik was vroeg en slechts een handjevol collega’s stond al aan de bar in te drinken. Shirley draaide haar schouders mijn kant op en haar bovenlichaam verwelkomde mij. Met iedere stap die ik zette groeide mijn zelfvertrouwen. Mijn hart steigerde in mijn borstkas en begon te galopperen. Ze hield mijn blik vast en haar ogen beloofden alles waarnaar een jongen van twintig verlangt. Mijn pik reageerde meteen: háár, háár, háár wil ik en na afloop een sigaret. In een fractie van een seconde ontdekte ik in haar ogen de toekomst en zag ik mezelf op haar afstappen. We lachen en drinken. Ze strijkt met een hand door haar haren en gaat naar buiten om een sigaret te roken. Ik volg haar. We wandelen het dorp uit. Eerst een vluchtige kus. Dan nog een. De tijd staat stil terwijl onze tongen verstrengeld raken. Ik zie mijn vingers trillen terwijl ze aan de knoopjes van haar blouse frunniken. Het beeld van mijn portemonnee verschijnt: ik doe net alsof ik zoek naar het condoom dat ik niet bij me heb. Een voldane afscheidszoen voor haar voordeur. Op het scherm van mijn telefoon verschijnt haar naam: ze is zwanger. De bodem valt onder mijn voeten vandaan. Mijn vader is furieus en schreeuwt dat onveilige seks de enige echte doodzonde is. Mijn moeder barst in tranen uit en informeert tussen het snikken door naar het opleidingsniveau van haar aanstaande schoondochter. Ze gilt van ongeloof bij het horen van MBO-niveau drie. Ik breek mijn studie af, ben de schande van de familie en zie Shirley en mijzelf samen vakken vullen. Haar buik zwelt op en ze stopt met roken. Ze houdt niet op met zeuren en het bloed gutst uit mijn oren. Ik zie ons wonen in een aftands flatje boven de supermarkt. Mijn schoonvader bezit een aannemersbedrijf en heeft onze toko opgeknapt. Ik loop in mijn lunchpauze naar huis om de hond uit te laten. Ik houd mijn zoontje in mijn armen. Zijn naam is Calvin.
Mijn glimlach verstrakte en ik stapte langs haar heen naar de stevige drinkers aan de bar. Ik ontweek haar ogen, dook weg in mijn glas en na afloop van het personeelsfeest ging zij het dorp in, terwijl ik op de fiets slingerend naar huis reed. In mijn bed sjorde ik mijn onderbroek omlaag en vluchtte ik mijn bovenkamer in, waar zich geen tierende ouders bevinden, niemand zich spiegelt aan een ander en iedereen accentloos Nederlands spreekt. In een waas van alcohol deed ik alles met haar dat God had verboden, zoals het samen roken van een sigaret.