Georgië is een land dat in allerlei verschillende tijden leeft. In de hoofdstad Tbilisi zie je de modernste luxe auto’s naast roestige bakken uit het Sovjettijdperk geparkeerd staan. Tijdens een rit over het platteland kun je je in de negentiende eeuw wanen wanneer er een ossenkar langs sjokt, of in een nog verder verleden wanneer je een schaapherder zijn kudde door een woest rivierdal ziet leiden.
En dan kom je in Gori, en ben je in de jaren zestig, zeventig van de vorige eeuw. Het Stalinmuseum daar staat er bij alsof de Sovjet-Unie nog springlevend is. Je kunt er het geboortehuis van Josef Stalin bekijken, in zijn treinwagon rondlopen en allerhande foto’s en spullen zien. Alle begeleidende teksten zijn vol lof en ontzag voor de man die de Sovjet-Unie met ijzeren hand leidde van 1922 tot zijn dood in 1953. Over de miljoenen doden die deze langst regerende Sovjetleider op z’n geweten heeft, zul je niets vinden.