Het is pas Boltjes’ eerste jaar als docent, maar hij deinst niet terug voor wat broodnodige improvisatie. Volgens hem is zijn sterkste punt zijn goede band met zijn leerlingen. Maar nu ze elkaar niet meer in het echt zien is het lastig om aan die relatie te blijven werken. Daarom is hij video’s gaan maken; voor een stukje persoonlijk contact. Hij maakt niet alleen lesfilmpjes, maar ook persoonlijke ‘vlogs’ tussendoor. Aan de comments en likes onder zijn YouTube-video’s is te zien dat de leerlingen zijn filmpjes wel kunnen waarderen.
een showtje van een uur
‘Diep vanbinnen wist ik altijd al dat ik leraar wilde worden. Ik heb eerst op het lab gestaan, maar dat was niets voor mij. Tijdens een stage moest ik scholieren rondleiden op het lab en dat vond ik ontzettend leuk. Mijn collega’s zeiden dat ik helemaal opleefde als de scholieren kwamen.
De eerste paar keer voor de klas is best lastig. Het belangrijkste is dat je echt jezelf blijft. Dan is die klik er vaak al gauw. Ik denk dat het ook meespeelt dat ik nog jong ben. Ik doe weleens gek voor de klas, dan praat ik bijvoorbeeld ineens met een accent, ik laat mensen schrikken of doe iets na van een cabaretier. Ik heb mezelf ook altijd gezien als een soort entertainer. Je geeft eigenlijk een showtje van een uur en dan weet je meteen of het leuk of niet leuk was. Je hebt het eerlijkste publiek.’
onder de studiolampen
‘Het idee om educationele filmpjes te maken had ik al langer, maar eigenlijk kwam het er nooit van. Door het coronavirus moest ik noodgedwongen toch beginnen. Gelukkig had ik alles al in huis en kan ik ook een beetje videobewerken. Niets stond me meer in de weg. Ik heb zo’n 800 euro geïnvesteerd in studiolampen en apparatuur, dus gelukkig valt het in de smaak. Niet alleen bij mijn leerlingen, zelfs bij mijn vrienden! Ik kom uit Friesland en mijn vrienden daar zijn van het ‘doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’. Maar ik hoor dat ze elk filmpje kijken en dat vind ik echt geweldig.
Mijn collega’s maken voornamelijk gebruik van Loom, daarmee kun je je scherm opnemen. Maar dat werkte voor mij niet. Ik zocht iets persoonlijkers. En de YouTube-filmpjes geven de leerlingen ook veel vrijheid. Als je een live les mist, heb je niets meer. Mijn filmpjes kun je op ieder moment terugkijken.’
een ‘normale schooldag’
‘Minstens een keer per week hebben we met de klas een gezamenlijk live moment. Want vooral voor de wat jongere leerlingen is met name het plannen best lastig. Die hebben nog iets meer structuur nodig. We zetten alles in Magister; een online platform waarin we cijfers, agenda’s, huiswerk en meer bijhouden.
We doen er alles aan om toch wat structuur aan te brengen in de dag. Ik heb een 3 havo-klas en die beginnen het liefst pas om elf of twaalf uur. Ik ben iemand die veel verantwoordelijkheid bij de leerlingen legt. Ook met huiswerk. Ik zeg tegen ze: ‘Het maakt me niet uit wanneer jullie het doen, als jullie het maar doen. Als ze hun huiswerk later alsnog inleveren haal ik de aantekening ‘huiswerk vergeten’ weer uit het systeem. Eigenlijk maken de leerlingen hun huiswerk nu beter dan normaal gesproken. Ze zitten natuurlijk continu thuis samen met hun ouders, dus die letten daar meestal wel een beetje op.’
even niks
‘Voor de komende tijd heb ik voor de derde klas leerdoelen opgesteld, waarvan ik wil dat ze die in ieder geval onder de knie hebben. Dat hebben ze ook nodig om over te gaan naar 4 havo of 4 vwo. Af en toe doe ik wel even een les ‘niks’ tussendoor, als ik merk dat ze dat nodig hebben. Uiteindelijk komen we er wel. Ik denk dat het heel erg meevalt met de leerachterstand die ze nu al dan niet oplopen. Daarbij zijn we kortgeleden begonnen met vervroegde profielkeuze. Dat is gunstig, want dan hoef je geen moeite te doen voor vakken die je laat vallen. Het is nu al heel lastig voor ze om zich te concentreren, dus alle beetjes helpen. Waar ik voor wil waken is dat de leerlingen het niet te druk krijgen. Want als je de hele dag live lessen hebt en je moet ook nog huiswerk maken, dat is gewoon veel te veel.
Voor de leerlingen is de afleiding nu één van de lastigste struikelblokken. Ik weet van sommige leerlingen dat ze bijna de hele dag achter de Playstation zitten. Sommigen hebben er echt moeite mee, daarvoor hebben we de school nu ook opengezet. Dat soort leerlingen kunnen wel naar school en kunnen onder begeleiding huiswerk maken. En dat geldt ook voor leerlingen die geen prettige thuissituatie hebben en graag even op school zijn.’
op vertrouwen
‘Misschien een beetje naïef, maar de toetsen gaan volledig op vertrouwen. Wij als leraren zetten de toets in Cum Laude, een online leeromgeving, de leerlingen hebben vervolgens de hele dag om die toets te maken. Die maken ze gewoon op papier en vervolgens uploaden ze foto’s in het systeem. In principe kunnen ze het boek of Google erbij pakken, maar ik wil uitgaan van het goede.
Ik zeg er ook bij dat het niet erg is om een onvoldoende te halen; dat is beter dan een onterechte voldoende. Ik geef ze dan feedback, laat ze een nieuwe vraag maken en zorg er zo voor dat iedereen aan het einde van dit jaar overal een voldoende voor staat. Dat is wel belangrijk voor het vertrouwen, ik denk niet dat veel andere docenten hun beoordeling nog aanpassen, wat er volgens mij voor zorgt dat leerlingen toch eerder geneigd zijn te gaan spieken. Sommige collega’s op andere scholen zetten de leerlingen de hele toets voor de webcam of gebruiken speciale systemen. Als je bijvoorbeeld van tabblad switcht of wegkijkt moet je je direct verantwoorden waarom je dat gedaan hebt.’
de kleine dingen
‘De interactie met de leerlingen mis ik het meest. Ik kan nu wel grapjes maken in filmpjes maar ik krijg niet direct een reactie. En ik mis gewoon even iets geks of een ‘domme opmerking’ tussendoor. De kleine dingen. Dat heb je nu allemaal niet. Voor deze tijden was ik heel enthousiast over het online lesgeven en video-tutorials. Ik dacht echt: dit gaat het worden. Dan hoeven leerlingen niet zo lang naar school en kunnen ze thuis in hun eigen tijd dingen doen. Ze kunnen bijvoorbeeld van acht tot twaalf naar school en de rest thuis doen.
Maar daar kom ik wel op terug nu. Het is voor de ontwikkeling niet bevorderlijk, ze hebben dan minder contact met leeftijdsgenoten. En ook voor de relatie tussen docent en leerling is het niet goed, merk ik nu. Die eerste les weer op school wordt een hele goede bijpraatsessie. Dan gaan we de hele les echt alleen maar kletsen met elkaar. Even weer contact maken op een normale manier.’
het nieuwe onderwijs
‘Ik denk dat het onderwijs wel zal veranderen na de coronacrisis. Ik ben heel enthousiast over de practica-filmpjes. Soms moet je wel vijf minuten een stof verhitten, dat is eigenlijk zonde van de tijd om daarop te wachten. In een filmpje knip ik dat er gewoon uit. Zo’n demofilmpje kan je als huiswerk meegeven en vervolgens bespreken in de les. Plus, het is duurzamer want we hebben veel minder van die (schadelijke) stoffen nodig. En het verlicht de werkdruk op de toa’s (technische onderwijsassistenten), die hoeven minder dingen klaar te zetten en op te bouwen. Dus dat blijf ik sowieso doen.
Hoe we het straks moeten organiseren in de 1,5 meter-maatschappij is nog de vraag. Ik heb bijvoorbeeld een klas met 33 leerlingen. En we zitten heel vaak in een superklein lokaal. We hebben direct na de meivakantie organisatiedagen en de schoolleiding is er nu uiteraard ook al mee bezig. Wanneer we weer gaan starten is ook afwachten. Ik zou zeggen: doe het alleen voor de leerlingen die het echt nodig hebben. Want je hebt niet zoveel meer aan die laatste anderhalve maand. De zomervakantie begint hier de tweede week van juli al. We zullen het zien.’