Ze kan vioolspelen, ze staat voor de klas en geeft Duits op een middelbare school, ze houdt van toneelspelen, van schilderen en tekenen. Maar van alles wat ze leuk vindt, koos Iduna Paalman (28) om te gaan schrijven en dichten. Een droom die langzaam maar zeker wordt verwezenlijkt. Haar debuut dichtbundel verschijnt aan het eind van komende zomer: ‘De grom uit de hond halen’.
Je bent jong en je wilt wat. En dan opeens lukt dat ook nog. Hoe voelt het om op het punt van doorbreken te staan? In onze rubriek 'Dit Zijn De Namen' praten we met verschillende jonge kunstenaars over hun ambities.
Deze aflevering gingen we op bezoek bij schrijver Iduna Paalman, in haar appartement in Amsterdam.
Van jongs af aan was Iduna bezig met het vertellen van verhalen. Eerst gebeurde dit met potlood op papier, maakte ze tekeningen. “Maar toen ik leerde schrijven toen dacht ik ‘dit is veel leuker dan tekenen’. Een tekening is maar één beeld en met schrijven kun je veel meer zeggen.” Ze schreef boekjes vol, maar altijd voor zichzelf. Tot het einde van de middelbare school. “Ik deed mee aan een dichtwedstrijd en toen dacht ik: 'Ja. Oh ja. Dit wil ik echt.' Eerst was het iets wat ik altijd thuis deed als niemand keek. En toen dacht ik: Nu wil ik wel dat anderen een beetje mee gaan lezen.”
Ze zou Nederlands gaan studeren maar ze zakte voor haar eindexamen. “Ik had een natuurprofiel wat me totaal niet paste.” Ze deed herexamen met een extra vak. "Dat leek me wel leuk": Duits. Na die korte omweg besloot ze toch niet Nederlands te gaan studeren. Nee, het werd Duits, aan de universiteit in Amsterdam.
Ze vertrok uit Noorden van het land en verhuisde naar Amsterdam. Daar kwam ze erachter dat ze eigenlijk niet bijzonder was, dat niemand op haar zat te wachten en dat er nog 100.000 anderen zijn die hetzelfde willen als zij: debuteren en doorbreken als schrijver. “Wat onderscheidt mij dan? Ohja. Eigenlijk niets. Dus waarom zou ik het in godsnaam dan nog doen?” Gelukkig was er iemand die in haar geloofde. “Edward van de Vendel nam mij mee in een project voor jonge schrijvers, moedigde me aan en zag me.” Door hem ging ze geloven dat ze misschien toch iets nieuws te vertellen had, dat haar werk echt mag bestaan.
Terwijl we in haar woonkamer zitten leest ze een van haar gedichten voor, ‘Altijd welkom’ is de titel. Een verhalend gedicht over een huis met een tuin, een boomgaard met rijpend fruit, een thuis. Dat voordragen doet ze graag, daardoor heeft ze het idee dat ze echt een publiek heeft. “Op een podium staan en spelen in een theatergroep vond ik altijd heel leuk en dat mis ik ook heel erg.” Maar dat is niet het enige. “Ik heb ook lang viool gespeeld en denk altijd ‘oh, ik zou in een orkest willen spelen!’ maar dat doe ik niet omdat ik geen tijd heb.” Ook het tekenen en schilderen wat ze graag doet is op een laag pitje komen te staan. “Op een gegeven moment heb ik echt de keuze gemaakt dat ik wil schrijven, dus dan wordt het schrijven. Maar als je een extra leven hebt, kom ik hem graag van je afhalen!”
Naast haar werk als schrijver, dichter en vaste columnist bij het online platform Hard//Hoofd, staat Iduna voor de klas. Ze geeft Duits en toneelles op een middelbare school. Het is een fijne combinatie, vertelt ze. “Ik heb het contact met de wereld nodig. Maar daarbij heb ik ook wel van huis uit meegekregen dat ‘van je hobby je werk maken’ maar voor heel weinig mensen is weggelegd.” Ze probeert in kleine stapjes te denken en te leven. “Ik wil dat het schrijven uiteindelijk een grotere rol gaat spelen, dat ik echt schrijver en dichter word. Maar ik probeer niet te ver vooruit te kijken.” Kleine successen wegen het zwaarst.