Neurobioloog Dick Swaab werd wereldwijd bekend met zijn onderzoeken naar sekseverschillen in de hersenen. In zijn nieuwe boek 'Ons creatieve brein' toont hij aan wat ons tot mensen maakt: de interactie van de hersenen met onze omgeving. Omdat Dick Swaab donderdag te gast was in Nooit Meer Slapen, hebben we hier een fragment uit zijn boek gepubliceerd.

Hersenen en omgeving

Hersenonderzoekers krijgen vaak te horen dat ‘er toch meer moet zijn dan het brein’. Dat idee is niet nieuw – de legende van Saint-Denis, de eerste bisschop van Parijs, voedt van oudsher dit idee. Saint-Denis werd door paus Clemens I als missionaris naar Gallië gestuurd, maar rond 250 na Christus op last van de Romeinse autoriteiten onthoofd op de plek die nu Montmartre is. Hij was het oneens met deze plaats voor zijn executie, raapte daarom zijn afgehakte hoofd op, waste het in een fontein en liep tien kilometer naar het noorden naar de plaats die hij zelf had uitgezocht als laatste rustplaats en die nu naar hem is vernoemd. Er lijkt daardoor nog heel wat mogelijk te zijn zonder brein.

Bij navraag wat men eigenlijk bedoelt wanneer men stelt dat er toch meer
moet zijn dan ons brein, wordt ons vervolgens verweten dat we de context waarin gedrag tot stand komt verwaarlozen. Maar iedere hersenonderzoeker weet dat de hersenen functioneren in voortdurende interactie met de omgeving; dit is ook een centraal punt in het hersenonderzoek. Dat verwijt is dus onzin. De mens wordt voortdurend blootgesteld aan een enorme stroom informatie die tot ons komt uit de buitenwereld en opborrelt uit ons brein. Creativiteit is het maken van nieuwe combinaties uit deze informatie. Deze nieuwe ideeën zijn de basis voor nieuwe ontwikkelingen in de kunsten, wetenschap en techniek. Onder ‘kunst’ versta ik voor dit boek: creatieve uitingen zonder praktisch nut die een esthetisch genoegen teweegbrengen.Ik besef dat deze definitie vele haken en ogen heeft. We associëren kunst al snel met schoonheid en een plezierige emotie, maar kunst kan ook choquerend of lelijk zijn. Aristoteles wees er al op dat de mens gefascineerd is door afbeeldingen van dingen waarvoor hij bang is of waarvan hij walgt, en dat zien we ook terug in kunst.

Dit boek, Ons creatieve brein, legt de nadruk op de enorme creatieve vermogens van ons brein die deze complexe omgeving mogelijk heeft gemaakt. De culturele omgeving die we gecreëerd hebben, heeft vervolgens weer invloed op de ontwikkeling van onze hersenen en ons gedrag. Dit boek geeft vele voorbeelden van de interactie tussen de hersenen en onze culturele en werkomgeving. Maar weer is het uitsluitend ons creatieve brein waarmee we
ons beroep verder ontwikkelen, waar verf en steen tot kunst wordt, de trillingen tot muziek en informatie, waar wetenschappelijke inzichten ontstaan en nieuwe behandelingen worden ontwikkeld. Het is dus niet meer dan logisch ons brein
centraal te stellen.

"De belangrijkste functie van het lichaam is het brein rond te dragen."

Thomas A. Edison

De hersenen centraal

Een aantal filosofen had moeite met de titel van mijn vorige boek, Wij zijn ons
brein
, die ze terecht een ‘mereologische drogreden’ noemden. Dat wil zeggen:
een deel wordt verward met het geheel, iets wat als een logische fout wordt
gezien. De titel was met opzet zo gekozen, juist om het wezenlijke belang van
ons brein voor wie we zijn over te brengen. Het zijn de hersenen die ons karakter, onze unieke mogelijkheden en beperkingen bepalen. Uit de transplantatiechirurgie blijkt dat men door het transplanteren van hart, longen, nieren of andere organen geen andere persoon wordt. Daarentegen kan een laesie op een strategische plaats in de hersenen iemand in een totaal andere persoon doen veranderen. Een tumor in de hypothalamus kan je van heteroseksueel in pedoseksueel veranderen en een vaatafsluiting in de thalamus kan ervoor zorgen dat je volledig dementeert. Essentieel voor het concept van Wij zijn ons brein is echter dat we allemaal anders zijn, omdat ieder van ons een uniek brein heeft. Verschillen tussen mensen beginnen met de kleine variaties in ons dna die we van onze ouders meekrijgen. Daarbovenop ontstaan voortdurend nieuwe variaties. Tijdens onze ontwikkeling gaan we – in interactie met de omgeving – steeds meer van elkaar verschillen. De kwestie nature or nurture is feitelijk achterhaald: hersenontwikkeling is vanaf het begin voor honderd procent gebaseerd op de interactie tussen erfelijkheid en omgeving.

"Creativiteit is een leerproces waarbij leraar en leerling dezelfde persoon zijn."

Arthur Koestler

Communicatie en creativiteit

De mens is een sociaal wezen. Zonder een sociale inbedding wordt het moeilijkte overleven onder stressvolle omstandigheden zoals verwonding of ziekte. Sociale afwijzing of isolatie zetten dan ook alle alarmsystemen van de hersenen aan, terwijl omgekeerd sociale waardering een sterk belonend effect heeft. Een belangrijke prikkel voor de toename van hersengrootte tijdens de evolutie is de toegenomen complexiteit van de samenleving geweest. Het zo goed en zo kwaad als het gaat monogaam leven in gezinsvorm in een zeer ingewikkelde maatschappij vraagt, zoals bekend, het uiterste van ons. Tegelijkertijd kunnen we ook niet zonder die maatschappelijke interacties. De zwaarste straf voor de mens is eenzame opsluiting, en de isoleercel heeft op psychiatrische patiënten een zeer negatief effect. Omgekeerd wordt de vraag steeds belangrijker hoe in onze complexe, extreem veeleisende maatschappij hersenziekten deze processen beïnvloeden.

Voor het functioneren van onze complexe samenleving is efficiënte communicatie tussen mensen cruciaal. Tijdens de evolutie ontstonden er bijzondere vormen van menselijke communicatie, namelijk taal en cultuur. Creatieve uitingen van ons brein geven de cultuur steeds weer nieuwe vormen in muziek en dans, beeldende kunst, architectuur en literatuur. Aan de voorhoede van de creatieve ontwikkelingen die ontspruiten aan ons brein bevinden zich niet alleen de wetenschap, maar ook de kunsten. Ieder creatief proces begint met een origineel idee, met verbeelding. Terwijl bètawetenschappers het proces van denken chemisch en fysisch onderzoeken, onderzoeken kunstenaars de geest, hun gedachten en gevoelens via hun kunst. De ontmoeting tussen deze twee werelden trekt steeds meer belangstelling.

"Een mensenbrein is weinig meer dan een opgeschaald apenbrein."

Frans de Waal

creatieve evolutie

Alles wat cruciaal is voor ons voortbestaan als individu en soort – eten en seks – is tijdens het evolutionaire proces gekoppeld aan onze belonende en emotionele hersensystemen. Ook het maken zowel als het ervaren van kunst en muziek enbijdragen aan technische en wetenschappelijke ontwikkelingen geven ons eenplezierig gevoel. Eten, seks, wetenschap, techniek, kunst en muziek hebben evolutionaire voordelen, maar dat is niet de reden dat we ons ermee bezighouden.We doen dat omdat we het lekker, leuk, interessant of plezierig vinden.Maar terwijl we onszelf hiermee belonen heeft dit ook zijn maatschappelijke effecten, en het bevordert zo het voortbestaan van onze soort en het overlevenvan het individu. Wetenschap en techniek hebben de maatschappij veranderd. Muziek en dans brengen mensen samen en houden de groep bijeen en muziekkan buitengewoon effectief zijn bij gemeenschappelijke acties. Niet voor niets gingen de doedelzakspelers voorop in de Schotse strijd.

Visuele kunst is zo’n 30.000 jaar geleden ontstaan op verschillende plaatsen inde wereld, blijkbaar onafhankelijk van elkaar. Ons brein had toen het gewichtvan 1500 gram bereikt. Taal en muziek waren al veel eerder ontwikkeld, hoewel het oudste muziekinstrument dat in Slowakije is gevonden maar zo’n 50.000 jaar oud is. De eerste beeldende kunst stond zo’n 30.000 jaar geleden vooral ten dienste van belangrijke onderwerpen voor de overleving: communicatie over de voortplanting, over het verkrijgen van voedsel – in het bijzonder over de jacht – en mogelijk ook communicatie over spirituele gevoelens.

Tot een paar honderd jaar geleden had kunst in de kerk nog steeds die verhalende communicatieve functie: het vertellen van het Bijbelverhaal aan de ongeletterde gelovigen. Middeleeuwse kunst maakte de gelovigen duidelijk dat, al was hun leven moeilijk en vol beproevingen, Christus oneindig veel meer had geleden dan zij, en dat het een kwestie van geloven, bidden, volhouden en vooral leven volgens de regels van de kerk was, opdat na de dood de beloning kwam: het eeuwige leven in de hemel.

Voor degenen die zich niet aan de regels hielden waren er afbeeldingen te zien van het alternatief en dat loog er niet om: de verdoemden ondergaan de meest verschrikkelijke straffen. Overigens werden zondaren niet uitsluitend na de dood gestraft. Ziekten als krankzinnigheid en epilepsie werden in veelculturen en religies gezien als een straf van God voor het overtreden van regels,een idee dat voortleeft in het taboe en stigma rond hersenziekten, een probleem dat ook in onze maatschappij nog steeds aanwezig is.

"Kinderen leren als ze spelen. En het belangrijkste is dat ze leren hoe ze moeten leren door te spelen."

O. Fred Donaldson

creatieve revolutie

Onze creatieve revolutie kreeg momentum toen ongeveer 14.000 jaar geleden
mensen in het Midden-Oosten begonnen dieren te houden en gewassen te planten. De voedselvoorziening werd efficiënter zodat er steeds meer mensen konden worden vrijgemaakt voor andere taken. De eerste Chinese karakters en het spijkerschrift zijn pas zo’n 5000 jaar geleden onafhankelijk van elkaar tot ontwikkeling gekomen. Het spijkerschrift betrof voor 90 procent de boekhouding van de handel in dadels, graan en schapen, maar er is ook literatuur, religie en wetenschap ontcijferd. Meer dan 2000 jaar geleden heeft een Babylonische astronoom zelfs de afstand in graden berekend die Jupiter aan de hemel aflegde.

In de groeiende gemeenschappen kregen steeds meer mensen onderling contact, kon nieuwe informatie efficiënter gedeeld worden en kon onze gezamenlijke creativiteit, door middel van competitie en samenwerking, voor snelle technologische ontwikkelingen zorgen. Mensen hebben technieken
ontwikkeld om alle informatie op te slaan zodat de volgende generatie kan
beginnen waar de vorige gebleven was.

Recentelijker zijn daaraan toegevoegd de verregaande specialisering van mensen en de ontwikkeling van steeds betere vervoers- en communicatiemiddelen die ook internationale samenwerking en competitie mogelijk hebben gemaakt. Onze creatieve ontwikkeling is hierdoor in een stroomversnelling geraakt. De Industriële Revolutie, laat in de achttiende eeuw, en de golven van economische groei daarna zijn voornamelijk te danken aan een relatief klein aantal wetenschappelijk en technologisch zeer creatieve mensen die uitvindingen deden die een verbetering van de levensomstandigheden voor de hele populatie teweegbrachten.

Ons brein is bijzonder. We leren meer en beter dan andere dieren, hoewel de basismechanismen hetzelfde zijn. Ook voor apen is cultureel leren cruciaal. Ze leren hoe ze met een stokje termieten kunnen vangen en hoe ze noten moeten kraken met een steen door de ouderen na te doen. We spreken niet voor niets van ‘na-apen’. De neurobiologische basis voor sociaal leren, het leren van anderen, zijn de spiegelneuronen in onze hersenen die door de Amerikaanse neuroloog Ramachandran de ‘basis van onze beschaving’ zijn genoemd.

Wij zijn mens door onze typisch menselijke hersenen die cultuur en zelfreflectie mogelijk maken. Onze enorme creativiteit uit zich in een voortdurende stroom van nieuwe technische en wetenschappelijke ontwikkelingen en in kunst en muziek – een combinatie van techniek, creativiteit en emoties. De mens kan zich, met dat grote, creatieve brein met zijn extra cellen en verbindingen, beter aanpassen dan andere soorten aan een veranderende omgeving. Daarnaast creëert hij hiermee bijzondere apparatuur en een complexe andere culturele, sociale, en taalomgeving, en beïnvloedt hij de hersenontwikkeling op een voor de omgeving specifieke wijze. Toen onze voorlopers daarmee begonnen, zo’n 50.000 jaar geleden, werden we de moderne mens.

Wij zijn Ons Creatieve Brein.