Geen wereldkampioenschap zonder voor de gelegenheid bedrukte blikjes bier en flesjes frisdrank. En altijd zijn er mensen die zoiets ergens wegbergen en vervolgens vergeten tot decennia later een nieuw WK zich aandient en een kast wordt opgeruimd.
‘Aangeboden: Ongeopend Coca Cola flesje. Conditie: Zo goed als nieuw. Uitgegeven ter gelegenheid van de voetbalwedstrijd Nederland-België op het WK 1998 in het Stade de France in Saint-Denis. Inhoud 0,2 l.’
Het flesje maakte deel uit van een serie van drie flesjes, zo leert het internet. Hoe komt het eigenlijk dat de verkoper slechts dit ene flesje heeft bewaard? Heeft hij nooit overwogen het tussentijds op te drinken? Of is dat precies wat er in de loop der jaren met die twee andere flesjes is gebeurd? En, die vraag is onontkoombaar, hoe smaakt dat eigenlijk, zo’n Cola Reserva 1998?
Het prozaïsche antwoord komt twee dagen later: ‘Ooit op een rommelmarkt gekocht, er lag er maar eentje, een leuk dingetje, maar op een gegeven moment ben je er toch op uitgekeken,’ en nee, opdrinken is geen optie, ‘een Matchbox-autootje haal je toch ook niet uit zijn originele verpakking?’
Coca-Cola Nederland dus maar gebeld.
‘Hoe het smaakt weet ik niet, maar de houdbaarheidsdatum is zo’n anderhalf jaar,’ vertelt de zegsvrouw. ‘Nee, het bederft niet, de samenstelling blijft hetzelfde, maar drinken raad ik af.’
Na enig aandringen laat ze zich toch verleiden: ‘ehm... laf en waterig? Muf misschien?’ Ja, prik heeft het nog wel, zegt ze, ‘maar het is geen wijn die rijpt.’
‘We kunnen het eventueel naar het laboratorium brengen,’ biedt ze plotseling aan. En dan? Om wat te doen? De samenstelling is toch hetzelfde gebleven? Wat?
‘Proeven, als ze dat daar al zouden willen natuurlijk... Nee meneer, er is echt niemand op aarde die u gaat vertellen hoe zestien jaar oude cola smaakt.’
Fluitjes, toeters en sjaaltjes, babyrompertjes (‘mijn eerste WK’), bikini’s en stropdassen, bierpullen en stressballetjes – het internet is een goudmijn voor WK-aandenkens. Een reis door de WK-geschiedenis in zeven memorabilia.
Colaflesje, WK 1998, 4 euro
Duracell-konijntje, WK 2002, ‘bieden’
‘Erg leuk Duracell konijntje – WK 2002 Korea-Japan – Ongeveer 15 cm hoog met bal aan de voet – Wit shirt-oranje broek – Kan geen batterij in,’ aldus de advertentie van Fokke uit Bitgummole. Het konijntje op het bijgevoegde plaatje kijkt alsof het zojuist iets te zwaar heeft getafeld en geeft niet de indruk dat het met die bal veel van plan is. Dat kan natuurlijk ook helemaal niet, vanwege dat ontbrekende batterijtje. Maar ehm, klopt dat laatste wel? Een Duracellkonijntje zonder batterij?
‘Er kan vreemd genoeg echt geen batterij in,’ komt na enige tijd Fokkes antwoord, hij heeft het nog eens goed bekeken: ‘het shirtje kan omhoog, maar in het lijfje is geen uitsparing, de huid is op de plastic mal geplakt, en in hoofdje of bal is ook geen plek.’ ‘Ooit in een kringloopwinkel gekocht,’ schrijft hij nog. Waarom hij het kocht staat er niet bij, maar je kunt je er wel iets bij voorstellen. Want op dat WK van 2002 was Nederland er niet bij. De kwalificatiecampagne van de Tsaar van Alkmaar liep uit op een sof. Een treurend Duracellkonijntje waar geen batterij in kan – mooiere symboliek bestaat niet.
Wedstrijdshirt Phillip Cocu, WK 1998, 1250 euro
Er zijn nogal wat gesigneerde shirts te koop. De meeste voor 200-500 euro. Messi natuurlijk, Ronaldo, Robben.
‘Dit Argentinië wk 1986 replica-shirt is persoonlijk gesigneerd door Diego Maradona tijdens een exclusieve signeersessie op 8 juni 2013 in Dubai.’ Op de site van sportmemorabilia-webshop ‘De Hand van Maradona’ – toch al niet een bedrijfsnaam die veel vertrouwen wekt – zijn beelden van de signeersessie te bekijken. Pluisje oogt pafferig en weinig geïnspireerd, maar voor hem op tafel ligt inderdaad een shirt en hij schrijft er inderdaad iets op. Niet dat dit veel zegt over het shirt op Marktplaats natuurlijk, al komt dat met ‘echtheidscertificaat’. Wie stelt eigenlijk de echtheid van dat echtheidscertificaat vast?
Het wedstrijdshirt dat Phillip Cocu droeg tijdens de verloren halve finale van het WK 1998 is met 1250 euro op afstand het duurste shirt dat op Marktplaats te vinden is. ‘Eén keer gedragen’, staat er ter verduidelijking bij. Wat er niet bij staat, is dat de wedstrijd met strafschoppen werd beslist en dat Cocu een penalty miste. Of Cocu het shirt uit weerzin heeft weggedaan, weet verzamelaar Hendrik (‘Ik verkoop het shirt vanwege ruimtegebrek’) uit Dordrecht niet, wel dat Cocu het weggaf aan een fan uit Valkenswaard die het vervolgens meteen weer doorverkocht, aan Hendrik.
1998 is gewild, maar wedstrijdshirts van het EK 1988 leveren gemakkelijk 15.000 euro op. Nee, van het WK 1974 is nooit iets te koop, zegt Hendrik, wie zoiets heeft, doet het nooit meer weg. ‘Ik heb een shirt van Willem van Hanegem van het WK van 1974, maar geloof me, die verkoop ik nog niet voor 25.000 euro, want voor mij als Feyenoordsupporter is die man echt God.’
Cubaanse peso, WK 1982, 4 euro
Dat Cuba een munt uitbrengt ter gelegenheid van een kapitalistisch feestje als het WK is al een beetje vreemd; dat het Cubaanse voetbalelftal zelf helemaal niet deelnam aan dat WK maakt deze munt tot een curiositeit. Het jaartal op de munt biedt wellicht een aanwijzing: 1981. De beslissende kwalificatiewedstrijden vonden in november van dat jaar plaats. Oftewel: de munt werd in productie genomen toen nog onbekend was of Cuba naar Spanje zou gaan. Kwestie van grenzeloos vertrouwen in het voetbalelftal? Of beseften de autoriteiten dat de munt te laat klaar zou zijn wanneer met productie werd gewacht tot kwalificatie zeker was, en namen ze de gok? Zou deze peso nu in Enschede voor vier euro te koop liggen als Fidel destijds vooraf had geweten dat Cuba in Spanje niet meedeed? Een koopje is het trouwens niet, puur op de muntwaarde afgegaan, want de wisselkoers van de peso is 0,03 cent.
Persfoto’s, WK 1974, ‘serieus bod gevraagd’
‘Vergangenheitsbewältigung’ heet het bij onze oosterburen. Zoals de Brazilianen hun verloren WK-finale van 1950 hadden, kende Nederland het trauma van München 1974. Maar in de wereld van tweedehandsherinneringen is ook een bezworen tragedie koopwaar. En aan sigarenbandjes, lp’s, vaantjes en tijdschriften uit 1974 geen gebrek.
In de aanbieding ook nogal wat memorabilia van Duitse makelij, zoals een kwartetspel met op de voorzijde een jubelende Gerd Müller die zojuist de winnende 2-1 heeft gescoord – voor de Nederlander die het aanschafte ooit wellicht bedoeld als oefening in zelfhaat, of als therapie, voor zover dat zich laat scheiden.
Het wonderlijkste item betreft twee ‘originele persfoto’s’ genomen tijdens het WK. Op de eerste foto Wim Rijsbergen en Theo de Jong. Ze zitten in een bootje. Ze vissen. Dat zie je Van Persie en co toch niet snel meer doen. Ja, misschien Huntelaar of Kuijt; Wesley Sneijder op een verloren avond, starend naar het dansen van zijn dobber in de oneindige Bosporus – wie zal het zeggen.
De andere foto wekt herinneringen aan die ene gebeurtenis die ons volgens sommigen de wereldtitel kostte. Het is 1974, het WK, een zwembad, en de gebroeders Van de Kerkhof zijn in een uitgelaten stemming – het zal toch niet?
Verkoper heeft ze ooit gekocht van ‘iemand uit Duitsland’, maar weet niet te vertellen of de foto tijdens het beruchte zwembadfeestje is gemaakt. ‘Op de achterzijde is iets getypt,’ zegt hij, ‘even kijken, er staat “Hiltrup, 17 juni”.’ Het zwembadincident vond twee weken later plaats, op 30 juni. Maar het is hetzelfde zwembad, in hetzelfde Waldhotel Krautkrämer in Hiltrup.
Een beetje vreemd is wel dat de Van de Kerkhofjes decennia later verklaarden dat ze ten tijde van het zwembadincident (nog) niet konden zwemmen. Maar op de foto is René zijn broer Willy (of omgekeerd) toch echt kopje onder aan het duwen. Zitten ze misschien op hun knieën in het ondiepe en doen ze alsof, om die vriendelijke jongens van de Duitse pers wat leuke shots te geven, onwetend van hetgeen zich twee weken later zou afspelen?
Graszode, WK 2006, 150 euro
‘Stukje Grasmat WK Finale 2006, Italië – Frankrijk in acryllic – 150 euro – laatst is er 1 geveild op Catawiki voor 950 euro!!! Sla je slag! Italië-Frankrijk, daar waar Zidane met rood eraf moest en Italië de wereldbeker pakte! uiteraard met echtheidscertificaat en waar het stukje op het veld lag!’
Het roept vragen op, maar verkoper ArtWork-Sale reageert niet, is verder nergens te traceren, en zijn andere Marktplaatskoopwaar (een ‘Megalodon haaientand’, een ‘200 + jaar oude Delfts blauwe vaas. Met kasteel!’) biedt weinig aangrijpingspunten.
Gelukkig worden via Ebay en Amazon nog meer graszoden aangeboden, en dat niet alleen: in de webshop van het Olympiastadion Berlin zijn de acht jaar oude zoden nog gewoon ‘nieuw’ te koop. Er zijn twee varianten: in acryl gegoten of de zode zelf. Leuk om in je eigen gazon te verwerken, staat bij die laatste als Geheimtipp. Ze kosten 49,99.
Of destijds echt het hele veld te koop is gezet, weet de pr-vrouw van het Olympiastadion niet. Ik moet maar een mailtje sturen (hetgeen ik doe, maar antwoord blijft uit). Het gras is direct na de wedstrijd afgehaald, dat weet ze wel.
Duitsland miste de finale. Dan wil je van dat gras af. Of waren andere overwegingen leidend? Het veld meet 105 bij 68 meter – ofwel 7140 m² – en de zode 13,8 bij 7,6 centimeter: dat is 0,010488 m². Er gaan dus 680778 zoden in het grasveld. Vermenigvuldigd met de 49,99 die het Olympiastadion rekent, levert dat 34.032.092,20 euro op. Daarvan kun je best een aardige spits kopen.
Cristo Redentor, WK 2014, 25 euro
Het is misschien nog geen WK-aandenken, maar het heeft alles in zich om het te worden: ‘Jezus op berg Rio de Janeiro bij WK Brazilië! Exacte kopie. Rechterhandje is gerestaureerd.’ Cristo Redentor (Christus de Verlosser), het immense beeld dat vanaf de berg Corcovado over Rio uitkijkt en zo de gang van zaken in het Maracanã, het stadion waar de finale zal worden gespeeld prima in de gaten kan houden (al bevindt dat zich schuin achter hem), geldt als een van de zeven wereldwonderen. Een mooi WK-hebbedingetje dus, om het lot de komende weken gunstig te stemmen.
Er is echter iets vreemds aan de hand: het beeldje lijkt wel, maar een exacte kopie is het zeker niet. Waar de echte Cristo een gewaad draagt, heeft de kopie van Elga uit Eindhoven tevens een borstplaat voorgespannen, en waar het haar van de Braziliaanse Jezus sluik omlaag valt, heeft de Eindhovense kopie de coiffure van een zeventiende-eeuwse notabele.
Het komt uit de verzameling devotionalia van haar overleden moeder, zegt verkoopster: ‘kruisbeelden, wijwaterbakjes, staande beelden, Mariabeelden... maar er is niet zo veel animo voor, en toen dacht ik, zo met het wk in aantocht is het misschien wel handig de advertentie in de rubriek “voetbal” te zetten.’
Over het handje weet ze niets. ‘Oh,’ zegt ze, ‘is het geen exacte kopie? Omdat die armen zo gespreid waren dacht ik dat, maar ik heb het niet precies nagekeken.’ ‘Het is een kilo zwaar, verduidelijkt ze nog, ‘ik heb het zojuist gewogen.’
Maar is het nou Cristo Redentor of niet? Een sléchte kopie misschien? En als dat laatste het geval is, ‘werkt’ het dan nog wel?
Een paar dagen later een nieuw mailtje. Verkoopster heeft het beeld nog eens nauwkeurig bestudeerd en ontdekte een minuscule inscriptie. Cristo Redentor komt weg bij ‘J. Prouvost-Denonvilliers, fabrikant van heiligenbeelden’, gevestigd in Tourcoing, Frankrijk. De fabriek bestaat nog en, goed nieuws, Cristo Redentor rolt er nog steeds van de band.