De vpro noemt zich de omroep van de vooruitgang. Als eén afdeling dat waar maakt dan is dat het team van Digitaal. Dag in-dag uit onderzoeken 20 tot 25 mensen het nieuwe medialandschap. Het team bestaat uit het Medialab (gestationeerd in Eindhoven), developers, designers, websupport en digitizers (You Tube etc) en wordt aangestuurd door Geert-Jan Bogaerts, hoofd Digitaal.
Voor de vpro is innoveren in het razendsnel veranderende medialandschap een belangrijke missie. 'Het publiek begeeft zich op nieuwe platformen en we willen daar ook onze verhalen vertellen. Niet achteraf, dus door achter de feiten aan te lopen. Maar door juist vooruit te kijken naar wat komen gaat', aldus Bogaerts. Omdat in korte tijd de techniek zich zo snel ontwikkelt en de vpro niet achter elke hype aan wil rennen heeft de omroep voor elk jaar een thema geformuleerd. Hier binnen worden projecten ontwikkeld of ondersteund. Vorig jaar was dat virtual reality, dit jaar staat big data centraal. Voorbeelden van projecten waar de vpro bij betrokken is vind je onderaan deze pagina.
Bij het thema virtual reality lag het accent op het experimenteren met de grens tussen fictie en werkelijkheid. Boogaerts: 'Het ging daarbij om de vraag: is wat ik meemaak echt of zit er een medium tussen?' Bij big data gaat het vooral om bewustwording en discussie rond de bescherming van onze privacy. 'We hebben geen flauw idee welke informatie er door ons eigen mediagebruik nu al in omloop is en wordt gebruikt. We zijn nu mediapartner van het project We Are Data, waarmee we een debat hierover willen aanzwengelen', aldus Bogaerts. We Are Data is een installatie waarin je in vijf minuten zelf mag ervaren hoe op basis van je emoties allerlei gegevens over je kunnen worden afgelezen. De vpro komt dit najaar met een speciale app waarbij volop ruimte is voor die discussie die deze ervaring op gaat leveren.
Centraal bij elke afweging om mee te werken aan een nieuwe productie staat volgens Bogaerts steeds dat er meerdere zintuigen moeten worden aangesproken. 'Je laten onderdompelen' en 'impact' zijn daarbij cruciaal. 'Het gaat allang niet meer alleen om luisteren of kijken, maar om beleven.'
Een groot deel van de experimenten wordt uitgeprobeerd in Eindhoven, daar is ook het Medialab van de vpro. In deze stad, waar ook de technische universiteit is waar de vpro nauw mee samenwerkt, wordt van alles uitgeprobeerd. 'Alles wordt media, zelfs de lantaarnpalen kun je inzetten.' Bogaerts fantasie kent dan geen grenzen. 'We fantaseren bijvoorbeeld over foto's die opdoemen zodra je langs zo'n lantaarnpaal loopt, de passant kan dan zelf op zijn smartphone de foto weg swipen of een foto uitkiezen die hij juist wil laten staan en aan de volgende passant wil laten zien.' En hij gaat verder. 'Stel, de vpro zendt een horrorfilm uit op televisie. Er bestaan steeds meer apps waarbij je op afstand bijvoorbeeld je licht of temperatuur in je huis kan bedienen. Hoe spannend is het als wij daar een app naast ontwikkelen zodat wij dat voor je doen terwijl je die horrorfilm ziet. Dus jij zit rustig te kijken en zodra het heel spannend wordt, flikkeren opeens de lampen in je huis aan en uit. Zo wordt die horrorfilm veel meer een beleving.'
Bij dit soort experimenten komt meteen ook een ethische kant om de hoek kijken, beseft het hoofd Digitaal. 'Bijna alles kan, maar mag het ook? Dat is op dit moment een vraag die boven komt drijven.'
Wat hebben de experimenten tot nu toe opgeleverd? Bogaerts: 'We zijn er achter gekomen dat zoiets als virtual reality een goede toepassing is voor bijvoorbeeld gaming, maar toch minder geschikt is om op grote schaal binnen de omroep in te zetten. Virtual reality is te veel een afgesloten wereld, je ervaring is heel persoonlijk. Wij willen een stap verder gaan. Namelijk dat die ervaring ook weer gedeeld kan worden. We noemen dat mixed-reality.'
Media-gebruik zoals het was, waarbij je na afloop thuis lekker kan doorpraten met je huisgenoten of collega's bij het koffieapparaat. Niet alles verandert dus.