Het was bedoeld om ons allemaal voortdurend met de ander in verbinding te brengen. Het internet. Daar is op allerlei manieren van alles van terechtgekomen en op allerlei manieren helemaal niets. Het hangt er maar net vanaf wat je precies onder verbinding verstaat. De consumentenversie van het internet is dertig jaar oud en we komen er nooit meer vanaf, maar zoals het nu is, kan het niet blijven. Ik zit in een zaal op het jaarlijkse mediafestival South by Southwest in Austin, en de gemiddelde spreker is somber gestemd. We missen vertrouwen, empathie, privacy en invloed. Dertig jaar geleden was de belofte dat het internet van ons allemaal zou zijn, en nu is het van vijf mensen.
In ruil voor onze privacy mogen wij daar ook nog een beetje ronddobberen, en opzoeken hoe laat het vliegtuig gaat en een pizza of een taxi of een nieuwe jurk bestellen, maar daar houdt het dan ook wel mee op. Ik luister naar Douglas Rushkoff, cyberpunker van het eerste uur. In zijn nieuwste boek Team Human bepleit hij een terugkeer naar menselijke waarden, voor het definitief te laat is. Want wat nou verbinding? Alles op afstand, vanachter je scherm. We raken elkaar niet eens meer aan, als dat al zou mogen, aanraking op zich is tegenwoordig al verdacht.
De stoel naast mij was gelukkig de hele tijd leeg gebleven, er is al niet zoveel ruimte, maar nu schuift er toch nog iemand de rij in. Ik denk dat ze eigenlijk twee stoelen nodig heeft. Ze ploft neer, waarbij de zachte linkerkant van haar lichaam zich tegen mij aanvlijt, mijn harde elleboog omhult, zich tegen mijn onwillige dijbeen nestelt. Online zouden wij elkaar nooit ontmoet hebben, maar nu zijn we dan toch verbonden.