Dit stukje mag zo’n 260 woorden tellen. Soms probeer ik er wat meer in te persen, soms zegt de eindredactie dat ik te veel lange woorden heb gebruikt en dat er daarom deze week maar 249 in gaan. Deze beperking levert ook veel op. Veel niet geschreven stukjes omdat ik van tevoren al weet dat ik dat in die 260 niet zal redden.
Een collega hier op de redactie riep jaren geleden, lang voor hij concurrentie kreeg van de fameuze Wim de Bie-creatie O. den Besten (oud-leraar Duits), al vaak tijdens vergaderingen: ‘in der Beschränkung zeigt sich erst der Meister.’ Mooi citaat, 215 jaar oud, slechts 47 tekens inclusief spaties. De woorden van Goethe gingen hier zo vaak over de burelen omdat wij dag in dag uit met beperkingen moeten werken. Papier is geduldig, maar aan iedere kolom komt een eind.
Twitter verdubbelde afgelopen week het aantal tekens per tweet van maximaal 140 naar 280. Twee keer zoveel snedigheid, twee keer zoveel commentaar, twee keer zoveel ruzie zal dat ongetwijfeld opleveren. Wat altijd zo mooi was aan het concept, de beperking, werd onder druk van andere sociale media overboord gezet, alsof er al niet genoeg eindeloos geouwehoer op de wereld is, en ik vrees vooral de verdubbelde woede van de mens met een beperking die het zomaar tot president van de Verenigde Staten schopte. Kleine kans dat hij gevoelig is voor de woorden van Goethe, maar dan heb ik nog wel een wat recenter passend citaat voor hem van ‘Dirty’ Harry Callahan: ‘A man’s got to know his limitations.’