In oktober is de Nederlandse première van de musical Lazarus, waarvoor Ivo van Hove in 2015 intensief samenwerkte met David Bowie, die een maand na de première overleed. Op 25 september ontvangt Van Hove de Johannes Vermeer Prijs, de Nederlandse staatsprijs voor de kunsten.
Ivo van Hove (1958) is directeur van Internationaal Theater Amsterdam (ITA). De Vlaming is een van de meestgevraagde toneel- en operaregisseurs ter wereld. Hij is de zesde Zomergast van dit seizoen.
Luc Claessens (1958)
directeur Jeugdzorg EmmaĆ¼s en Van Hoves jaargenoot in jongensinternaat Klein Seminarie in Hoogstraten (BelgiĆ«)
‘We speelden allebei toneel en voor de voorstellingen werd maandenlang intensief gerepeteerd. We brachten dus wel tijd samen door, al waren we niet close. Hij koos een andere afstudeerrichting dan ik, maar dat hij gegrepen werd door theater en kunsten was duidelijk. Het Klein Seminarie was ooit een priesteropleiding en werd daarom wel het pastoorsfabriekske of de klootjesdrogerij genoemd.
We sliepen in chambrettes, wasten ons met koud water en moesten op tijd in de kapel zijn voor het ochtendgebed. De leraren hadden bijnamen, zoals Den Tutter, Den Bleuse, Den Kak, Den Pis, Den Beul, Den Neus en Den Stereo. We brachten nogal wat tijd door in de studiezaal, maar er was ook een speelzaal. Er was ongelofelijk veel te beleven op de school: je kon biljarten, maar ook klassiek gitaar spelen of tv-kijken, we hadden voetbal- en basketbalcompetities en er was een zwembad.
Ook waren er leraren die veel wisten over film en theater. We gingen naar A Clockwork Orange en The Rocky Horror Picture Show. Naar de normen van toen films met een behoorlijke portie bloot, seks en geweld. De regel was dat we alles mochten meemaken op voorwaarde dat we na afloop deelnamen aan het nagesprek. We hadden daar alles, behalve meisjes.’
Peter van Kraaij (1961)
dramaturg bij ITA sinds 2007
‘Ik zat bij Ivo in de klas op de regieopleiding in Brussel. Ik was negentien toen ik hem leerde kennen, hij eenentwintig. Ik vond hem zeer intelligent en helder, maar vooral enórm gedreven en extreem gefocust. Toen al wist hij heel goed wat hij wilde: regisseren en werken met mensen die hem inspireerden en die hem verder brachten. Ivo wil uitgedaagd worden.
Ook uit de mensen om hem heen wil hij steeds het beste halen, wat hem niet per se een makkelijk mens in de omgang maakt. Je hebt toch vaak het gevoel dat je hem met nieuwe inzichten moet inspireren. Ik heb Ivo eigenlijk nooit een minuut zien verspillen of een dagje vrij zien nemen, mijn leven lang nog niet. Maar hoe ernstig en gedreven Ivo ook is, op de vloer wordt veel gelachen. Dat hij in de veertig jaar dat ik hem nu ken zijn gedrevenheid heeft weten te behouden, vind ik ongelooflijk.
Elke productie is voor hem op dat moment het allerbelangrijkste in zijn leven en krijgt de volledige inzet van zijn krachten en zijn kunnen. Daarbij houdt hij het hoofd koel, hij raakt nooit in paniek. Creatief zijn vult Ivo's batterij. Hij laadt zich op door het werken zelf, en door mooie dingen die andere kunstenaars maken. Hij gaat er weleens een weekje tussenuit, naar L.A. of New York, maar daar werkt hij toch weer aan nieuwe producties en heeft hij ontmoetingen met inspirerende mensen.’
Janni Goslinga (1969)
actrice bij ITA sinds 1996
‘Ivo is niet van: kom, we gaan eerst eens theedrinken om kennis te maken. We gingen meteen repeteren, hij legde het personage aan me uit en zei: "Ik wil graag dat je klaarkomt op pagina 6 en op pagina 39." Ik dacht even: oh my God, maar mijn reserves verdwenen snel toen ik ontdekte dat er een wereld voor je opengaat wanneer je hem durft te vertrouwen.
Hij pusht je wel, maar acteurs krijgen alle vrijheid van hem. Ivo wil graag dat zijn voorstellingen heel fysiek zijn, het komt voor dat hij dan zelf ook meedoet en staat te springen. Zijn gedrevenheid is heel stimulerend. En als de scène niet lukt dan komt er geen verwijt, maar zegt hij: "Dit is nog niet goed, we laten het even liggen en ik ga erover nadenken." Je ligt dus niet ’s nachts verkrampt in je bed. Heel relaxed. Ivo haalt je uit je comfortzone en krijgt het voor elkaar dat je boven jezelf uitstijgt.
In stukken als Rouw siert Electra en Kings of War waren mijn rollen soms bijna performances, met vechtscènes waarin je niet kunt terugvallen op techniek; daar moet je jezelf echt fysiek in gooien, je moet de controle loslaten. Zo kon ik mezelf van een heel andere kant laten zien. Wat ik heel leuk aan hem vind, is dat hij op buitenlandse reizen na premières nog altijd met ons doorzakt in de hotellobby en dat hij daar ontzettend van geniet. En hoe druk zijn schema ook is, op die momenten heeft hij alle tijd van de wereld.’
Marieke Heebink (1962)
actrice bij ITA sinds 1994
‘Toen ik hem leerde kennen, vond ik hem aardig en heel gereserveerd. En dat vind ik nog steeds wel. Ivo is erg beleefd, maar tijdens het repetitieproces is hij heel intiem, waarmee ik bedoel: dichtbij, gekend. Dat lijkt met elkaar in tegenspraak, maar het zijn eigenlijk twee kanten van dezelfde medaille. Wat me heeft verrast, is dat hij heel goed kan dansen.
Hij kan ook goed spelen; als hij dingen voordoet, vind ik het vaak raak. Wij verstaan elkaar heel goed, we hebben aan een half woord genoeg. Ik heb van Ivo geleerd om met het personage mee te denken. Een personage heeft altijd minstens één dubbele laag, maar als je onmiddellijk gaat zoeken naar de achterkant ontstaat er al gauw ironie en cynisme.
En als Ivo ergens niet tegen kan, is het ironie. Hij is op zijn best tijdens repetities. De montage, zoals wij het aaneensmeden van de losse scènes en delen van een toneelstuk noemen, is altijd een lastige fase. Als een dirigent brengt hij dan alle elementen bij elkaar. Dat vind ik een feest om te zien.’
VPRO Zomergasten
NPO 2, zondag 1 september, 20.15 - 23.25 uur