Andere tijden
Dinsdag, NPO 2, 21.20-22.00 uur
Ooit was de Communistische Partij van Nederland, die in 1991 opging in GroenLinks, groot en invloedrijk. De rol van de partij in het verzet en de overwinning van de Sovjet-Unie op nazi-Duitsland maakten, het pact tussen Hitler en Stalin ten spijt, de CPN populair. Bij de Tweede-Kamerverkiezingen van 1946 was de de partij goed voor tien zetels, in Amsterdam was de CPN met een derde van de stemmen zelfs de grootste. Partijorgaan De Waarheid was ooit het grootste dagblad van Nederland.
De CPN bleef lange tijd horig aan Moskou en werd met strakke hand geleid door Paul de Groot, een stalinist die tot 1967 partijleider was en daarna als erevoorzitter nog eens tien jaar de machtigste man. Na hem werd Henk Hoekstra partijvoorzitter. Als vertrouweling van De Groot bleef Marcus Bakker lange tijd in de schaduw van ‘kleine Stalin’. Toen Bakker in 1956, het jaar van de Hongaarse opstand, aantrad als Kamerlid, verlieten de andere Kamerleden demonstratief de vergaderzaal. Daar kon de verse parlementariër niet mee zitten: ‘Maakt niet uit, ik roep er wel overheen.’ In De Waarheid, waarvan hij hoofdredacteur was, schreef hij over de voorafgaande bloedige opstand in het Poolse Poznan: ‘Hopelijk zal het snel lukken met dit gespuis korte metten te maken.’ Met kritiek op grote broer en voorbeeld de Sovjet-Unie was je bij Bakker aan het verkeerde adres.